„Werk in gaarkeukens Oekraïne gezegend”
De bijdrage van het deputaatschap Israël van de Gereformeerde Gemeenten aan het gaarkeukenwerk in Oekraïne levert niet alleen voedsel voor het lichaam, maar ook voedsel voor de ziel op. Er komen mensen tot bekering.
Die boodschap klonk dinsdag tijdens een vrouwenochtend, georganiseerd door het deputaatschap. De bijeenkomst in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente van Tricht-Geldermalsen werd fysiek bijgewoond door een honderdtal vrouwen en enkele mannen. Er waren ongeveer 800 adressen waarvandaan de livestream werd gevolgd. Naar schatting keken meer dan 2000 mensen naar de uitzending.
Deputaat J. Seip vertelde over het ontstaan van de hulp aan de gaarkeukens in Oekraïne, nu ongeveer twintig jaar geleden. Ze werden gerund door joods-christelijke gemeenten en deelden maaltijden uit aan de allerarmsten. „De nood werd op onze ziel gebonden.”
Jaarlijks gaat er een afvaardiging van het deputaatschap naar Oekraïne om te controleren wat er met het geld gedaan wordt. Tijdens zijn laatste bezoek sprak Seip een man van ongeveer veertig jaar. „Hij vertelde dat hij verslaafd was geweest. Op een dag toen hij bijna niets te eten had, ging hij naar de gaarkeuken in Korosten. Hij hoorde voor het eerst van zijn leven uit Gods Woord en het trof hem. Er gebeurde iets in zijn hart wat hij nog nooit gevoeld had. Daarna bezocht hij de bijeenkomsten van de gemeente. Zijn moeder had geen vertrouwen in hem en besloot hem op een avond te volgen. Zo kwam ook zij in de kerk. Toen ging ook het Woord voor haar open. De Heere heeft het gaarkeukenwerk willen zegenen.”
Tijdens de morgen waren filmbeelden te zien van diverse gaarkeukens in Oekraïne, waaraan het deputaatschap Israël en het deputaatschap Bijzondere Noden geld geven. Een vrouw die al 23 jaar in de gaarkeuken te Berdichev werkt en al lang met pensioen zou kunnen zijn, vertelde dat God haar gezegd had het werk niet neer te leggen. „Ik werk door naar Gods wil.”
Tijdens de vrouwenochtend kregen de aanwezigen ook een kijkje in de keuken van Noëmi Zöld, vrouw van de Hongaarse predikant I. L. Zöld. Hij werkt in Boedapest onder Joden en wordt daarbij gesteund door het deputaatschap. Staande in de keuken vertelde ze over de contacten van haar man met Joden. Een aantal daarvan vindt plaats in haar huis. De mannen spreken dan met elkaar in de kamer en de vrouwen treffen elkaar in die keuken.
Ds. M. L. Dekker uit Nazareth filmde het werk van zijn vrouw Marita. Zij zoekt de kleren uit die in grote dozen staan opgestapeld. De kleding komt onder andere van vrouwenverenigingen in Nederland, maar ook uit Canada en de Verenigde Staten.
Goede kleding gaat naar een verkooppunt, waar Ron de scepter zwaait. De winkel, die nu vier jaar bestaat, geeft hem de gelegenheid om met mensen te spreken over de Heere Jezus. Een kist met een Hebreeuwse Bijbel erin noemt hij de „grootste schat.” Balalaika, het gebouw ernaast, heeft een Russische uitstraling. Een groot aantal van de Joden in de omgeving is van Russische afkomst. Hier kunnen mensen wat eten en drinken en tot rust komen. Ds. Dekker en zijn vrouw schuiven ook aan voor een gesprek. Ds. Dekker is na drie maanden in Nederland terug in Nazareth.
Ds. A. P. Baaijens (Aagtekerke) deelde mee dat de situatie in Nazareth niet gemakkelijk is. „Er is geweld van buitenaf en van binnenuit en haat tussen burgers onderling. Vrijdag kon daardoor de dienst in Nazareth niet doorgaan.”