De Koningin had burgemeester Cohen opgebeld met de vraag hoe ze eraan kon bijdragen dat het weer de goede kant op gaat in Nederland, aldus Cohen. Verder wilde de Koningin haar bezorgdheid over de situatie in Nederland tot uiting brengen. Ook had ze gezegd hoe belangrijk positieve initiatieven zijn.

De Koningin, gezeten tussen Cohen en de uit Marokko afkomstige wethouder Aboutaleb, luisterde tijdens het besloten gedeelte naar een discussie tussen de jongeren. Dat gesprek, aanvankelijk aan de hand van enkele stellingen, verliep spontaan, aldus een aanwezige. Het staatshoofd nam ook deel aan de discussie.

Tijdens het openbare gedeelte van het programma lichtte Ahmed Larouz in achttien punten toe hoe het nu samen verder moet in Nederland. Punt 1, dat op de instemming van alle aanwezigen kon rekenen, was: Terrorisme pikken wij niet. „Wij moeten waken voor generalisaties”, zei Larouz. „Veel politici spreken over ’de’ moslims, terwijl er gematigde, fundamentalistische en extremistische moslims zijn.”

De politiek spreekt veel over een harde aanpak van de radicalisering, maar volgens Larouz moeten ook de oorzaken daarvan worden onderzocht. Er moet overal een mentorprogramma worden opgezet. Daarin is Amsterdam al heel ver, zei Larouz. De vaders en moeders en ook de broers en zussen moeten daarbij worden betrokken. Ook pleitte hij voor intensivering van bestaande projecten zoals de (allochtone) buurtvaders in Amsterdam.

Aan het slot van het officiële deel bood Hasna el Baamrani de Koningin een fraai boek over de geschiedenis van Marokko aan. Daarna praatte het staatshoofd nog met de jongeren na.