Stilte voor de storm in Schotland
Twee kemphanen in één hok: de Schotse premier Nicola Sturgeon en de Britse premier Boris Johnson. De een wil eenheid voor het Verenigd Koninkrijk, de ander onafhankelijkheid voor Schotland. Hoe nu verder?
In Londen zijn dinsdag de ogen gericht op de Britse koningin Elizabeth en de zogeheten Queen’s speech – de troonrede. De Britse regering heeft zaterdag al een tip van de sluier opgelicht: de rede zal onder meer gaan over de oproep „om het land verder te verenigen.”
Deze boodschap van eenheid komt op dezelfde dag dat de Schotse Nationalistische Partij (SNP) 64 zetels van de 129 in het Schotse parlement in Edinburgh wint. De partij is 1 zetel van absolute meerderheid verwijderd, maar het totaal aantal zetels voor pro-onafhankelijkheidspartijen is hoger dan ooit. SNP en de Groenen hebben samen 72 zetels, wat volgens de twee partijen een duidelijk mandaat geeft om een nieuw referendum over zelfstandigheid te eisen.
Het is nu een zaak van wannéér het referendum wordt gehouden, niet óf het er komt, zegt SNP-leider Nicola Sturgeon direct na de overwinning. De Britse premier Johnson is absoluut niet in dezelfde feeststemming: „Onverantwoordelijk en roekeloos” om te praten over het „verscheuren van ons land” in coronatijd. Ook tijdens een telefoontje tussen de twee premiers op zondag wijken ze geen centimeter van hun standpunten af.
De compleet uiteenlopende meningen leiden op dit moment nog niet tot grote problemen. Sturgeon heeft net als Johnson aangegeven dat het bestrijden van corona prioriteit heeft. Pas als het virus onder controle is, wil de SNP werk maken van een nieuw referendum. De verwachtingen zijn dat dit ongeveer binnen drie jaar zal gebeuren.
Overtuigend
Dat geeft Sturgeon en Johnson de nodige tijd en ruimte. De SNP weet volgens critici maar al te goed dat de verkiezingsoverwinning van zaterdag niet per se betekent dat een meerderheid van de Schotten tijdens een referendum ook voor onafhankelijkheid kiest. De partij heeft de komende tijd nodig om een strategie uit te werken, de broodnodige steun te vergaren en met een overtuigend verhaal te komen dat Schotland ook zelfstandig (financieel) levensvatbaar is.
Johnson werkt intussen aan zijn eigen strategie. Hij nodigt Schotland uit voor een Unie-top, om te bespreken hoe ze gezamenlijk uit de coronapandemie kunnen komen. Financiële steun vanuit Londen zal dan ongetwijfeld ter sprake komen.
Ondertussen blijft het een groot vraagteken wat de Britse regering doet als een voorstel voor een referendum daadwerkelijk op tafel ligt. Als Londen weigert akkoord te gaan, kan een lange weg van rechtszaken het gevolg zijn. Sturgeon heeft echter aangegeven dat zij niet verwacht dat dit zal gebeuren.
Voor de SNP is een rechtszaak allesbehalve aantrekkelijk. Als de rechter besluit dat het Schotse parlement niet de bevoegdheid heeft om zelf een referendum te organiseren, moet Edinburgh de strijdbijl begraven. Sturgeon zegt geen onwettige volksraadpleging te willen houden. Als de rechter in het voordeel van de SNP besluit, is het gevaar weer dat de nationalisten –die voor eenheid van het koninkrijk zijn– het referendum boycotten en de uitslag vervolgens alsnog niet legitiem is.
Voor Johnson is een weg naar de rechtbank net zo onaantrekkelijk. Als via de rechter een wens van het Schotse parlement wordt tegengehouden, is dat koren op de molen van de pro-onafhankelijkheidspartijen. Zij hebben dan hard bewijs dat het koninkrijk niet op vrijwillige basis een eenheid vormt, maar op basis van dwang. Dat zou ervoor kunnen zorgen dat de vraag naar zelfstandigheid in Schotland juist groeit. Als van de rechter wel een referendum mag worden gehouden, staat echter de toekomst en eenheid van het hele land op het spel.