In het land waren ruim 300 demonstraties gepland, onder meer in Parijs, Lyon, Nantes, Lille en Toulouse, met naar schatting in totaal 100.000 deelnemers.

Op veel plekken verliepen de demonstraties vreedzaam, maar in Lyon moest de politie optreden tegen ongeveer 200 mensen die met vuurwerk gooiden. 27 agenten raakten gewond, vijf mensen zijn opgepakt.
In Parijs waren 5000 agenten op de been. Zaterdagmiddag waren er al 34 mensen aangehouden. In zwart geklede extreemlinkse demonstranten probeerden een protestmars van vakbonden te blokkeren. De politie dreef hen met onder meer traangas en rubberen kogels uiteen toen ze ruiten van bankgebouwen ingooiden, afvalbakken in brand staken en dingen naar de agenten gooiden.
De Dag van de Arbeid is traditioneel een dag van bijeenkomsten van linkse partijen en vakbonden. In Parijs werden demonstrerende vakbondsleden vergezeld door leden van de “gele hesjes-beweging”, de beweging die drie jaar geleden een reeks wekelijkse protesten tegen de overheid opzette. Ook medewerkers uit sectoren die hard zijn getroffen door de coronamaatregelen namen deel aan de acties.
De 1 mei-protesten werden ook bijgewoond door de linkse politicus Jean-Luc Mélenchon en de rechtse troef Marine le Pen, die beiden president Emmanuel Macron hopen te verslaan bij de presidentsverkiezingen volgend jaar.