Niet meer kanker na IVF-ingreep
Vrouwen die een IVF-behandeling hebben ondergaan lopen in de eerste zes jaar na deze behandeling geen verhoogd risico op hormoongevoelige vormen van kanker, zoals tumoren aan eierstokken, baarmoeder, borst en melanoom.
Dat is de belangrijkste conclusie uit een onderzoek onder ruim 26.000 vrouwen in twaalf Nederlandse IVF-klinieken naar gynaecologische aandoeningen na een hormoonbehandeling in het kader van in-vitrofertilisatie (IVF).
Van de deelnemers aan het onderzoek hebben 19.840 vrouwen tussen 1983 en 1995 ten minste één IVF-behandeling ondergaan. Daarnaast zijn 6588 vrouwen benaderd die in dezelfde periode ook vruchtbaarheidsproblemen hadden, maar nooit een IVF-behandeling hebben gekregen.
Via de medische dossiers en schriftelijke vragenlijsten zijn gegevens verzameld over verschillende risicofactoren voor kanker, over de oorzaken van de verminderde vruchtbaarheid, gynaecologische operaties en alle vruchtbaarheidsbehandelingen.
In de eerste zes jaar na behandeling blijkt er geen verhoogd risico te bestaan op kanker aan borst, eierstokken, baarmoeder of melanoom. Wel blijken zowel in de IVF-groep als in de controlegroep kanker aan de baarmoeder en melanoom vaker voor te komen dan bij de algemene Nederlandse bevolking. Het verhoogde risico is waarschijnlijk toe te schrijven aan onvruchtbaarheid zelf en niet aan de behandeling ervan.
Daarnaast bleek dat vrouwen die in de jaren vóór de IVF-behandeling andere fertiliteitsbevorderende geneesmiddelen hadden gebruikt, een licht verhoogd risico op kanker aan de baarmoeder en eierstokken hadden. Deze bevindingen zijn op een klein aantal gevallen gebaseerd. Verder bleek dat vrouwen met de diagnose endometriose, een goedaardige woekering van baarmoederslijmvlies, een hogere kans op kanker aan eierstokken en baarmoeder hadden.