Dat zegt VVD-kamerlid Szabo in zijn donderdag gepresenteerde rapport over de effectiviteit van het Nederlandse ontwikkelingssamenwerkingsbeleid. Szabo verwijt de overheid nooit te hebben gemeten of de ontwikkelingshulp wel echt zoden aan de dijk zette. Ook is nooit gelet op de economische kansen bij de keuze van landen.

Verder wijst hij erop dat de internationale afspraak dat 0,7 procent van de begroting voor hulp aan ontwikkelingslanden wordt besteed, door weinig landen wordt nagekomen. „Een dode letter”, stelt hij vast. Nederland houdt zich als een van de weinige wel aan die afspraak en hanteert zelfs een norm van 0,8 procent.

Szabo stelt aan de kaak dat „de ontwikkelingsorganisaties in Nederland zwemmen in het geld.” Daardoor worden jaarlijks tientallen miljoenen euro’s aan belastinggeld uitgegeven voor allerhande activiteiten in Nederland in plaats dat dit terechtkomt bij de allerarmsten.