Experts OPCW: regime Syrië ook achter gifgasaanval op Saraqib
De Syrische luchtmacht zat achter een aanval met chloorgas op de plaats Saraqib. Tot die conclusie komen experts van de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW), die onderzoek deden naar het gebruik van chemische wapens tijdens de slepende burgeroorlog in het Arabische land.
De onderzoekers van het Investigation and Identification Team (IIT) zeggen dat voldoende aannemelijk is dat een Syrische legerhelikopter het bombardement van 4 februari 2018 uitvoerde. Toen belandde een cilinder met chloorgas in Saraqib. Dat gevaarlijke middel verspreidde zich vervolgens over een „groot gebied”.
Syrië had een eigen theorie gedeeld met de onderzoekers. De Syrische autoriteiten verklaarden dat terreurgroepen het incident in scène hadden gezet. Ze zouden het Syrische leger de schuld in de schoenen hebben willen schuiven. De internationale experts zeggen dat ze daar geen concreet bewijs voor hebben gevonden.
Het onderzoeksteam baseert zich onder meer op tientallen getuigenverklaringen en informatie die is aangeleverd door landen en andere partijen. Ook zijn specialisten geraadpleegd en monsters geanalyseerd. Het IIT zegt zelf geen toegang te hebben gekregen tot de plek van het incident, ondanks herhaaldelijke verzoeken.
Het gaat om het tweede rapport van het IIT. Dat hield het regime van de Syrische leider Bashar al-Assad vorig jaar ook al verantwoordelijk voor aanvallen op de plaats Lataminah. Daarbij zouden in 2017 chloorgas en het zenuwgas sarin zijn gebruikt.