Opnieuw relatietherapie voor EU en Turkije
Bruggen bouwen. Dat wil de Europese Unie in haar relatie met Turkije. Alles wijst er echter op dat die niet erg stabiel zullen zijn.
Een van de grootste uitdagingen in 2020 voor de Europese Unie was haar relatie met buurland Turkije. Dat schreef EU-buitenlandchef Josep Borrell in december in een terugblik op het afgelopen jaar. „Dit zal waarschijnlijk ook in 2021 zo blijven”, voorspelde hij.
Toch besloot de EU vorige week niet bij de pakken neer te blijven zitten. Voorzitters Charles Michel (Raad) en Ursula von der Leyen (Commissie) willen face to face het gesprek met de Turkse president Recep Tayyip Erdogan aangaan. Dat onderonsje moet komende dinsdag plaatsvinden.
De EU wil bruggen bouwen, stelde Borrell deze week. Na een „heel ingewikkeld jaar” is het daar nu de tijd voor, omdat Turkije kenbaar heeft gemaakt zijn beste beentje voor te willen zetten. Bovendien zou Ankara eind vorig jaar de „negatieve retoriek aanzienlijk hebben afgezwakt” en bepaalde acties „in strijd met de belangen van de EU-lidstaten” hebben stopgezet.
De relatie tussen Turkije en de EU was al lange tijd ernstig bekoeld. Het leidde er in 2017 toe dat een meerderheid in het Europees Parlement de onderhandelingen met Turkije over EU-toetreding wilde beëindigen.
A
rgusogen
Turkije richtte de strategische blik de laatste jaren meer naar het oosten en op de eigen regio. Dat uitte zich in allerlei partnerschappen die in Brussel met argusogen werden bekeken. Die varieerden van de aankoop van Russische luchtverdedigingsraketten tot militaire avonturen in Syrië en Libië.
Voorlopig dieptepunt in de betrekkingen met de EU vormden de omstreden Turkse gasboringen in Griekse wateren, die vorig jaar bijna tot een gewapende confrontatie leidden. Ook zegde Ankara twee weken geleden het VN-Vrouwenrechtenverdrag op, wat in de EU en daarbuiten tot zeer afkeurende reacties leidde. Daarnaast zet Turkije stappen om de grootste Koerdische oppositiepartij te verbieden.
De grote vraag is dan ook waarom Erdogan juist nu toenadering tot de EU zoekt. Het officiële uitgangspunt voor de gesprekken is het „aangaan van een dialoog op hoog niveau om de samenwerking te versterken”, liet Erdogan weten.
De Turkse president liet daar direct op volgen dat de migrantendeal uit 2016 de basis voor een goede gespreksagenda kan vormen. De druk van de honderdduizenden asielzoekers die in Turkije worden opgevangen, is namelijk onverminderd hoog.
Daar ligt precies een van de grootste belangen die Turkije heeft om de banden met de EU weer een beetje aan te halen. De overeenkomst over de opvang van migranten is dringend aan een update toe en Ankara vindt nog steeds dat de EU te weinig haast maakt met de toegezegde miljardenbijdrage.
Maar dat is niet het enige. Turkije wil ook een stevige vinger in de pap bij in de komende gesprekken over de status van Cyprus. Bovendien eist Ankara een eerlijker verdeling van de gasvoorraden in de oostelijke Middellandse Zee.
F
lirt
Met dat alles lijkt het er vooral op dat de huidige Turkse opstelling richting de EU een tijdelijke flirt is om een aantal belangen veilig te stellen. Weinig wijst erop dat Ankara op een duurzame relatie uit is.
De EU geeft aan niet naïef te zijn en niet te denken dat alle problemen van tafel zijn. Dat neemt voor Brussel echter niet weg dat het alsnog kan proberen te werken aan een stabiele relatie. Dat is belangrijk voor „de Europese stabiliteit.” De situatie een jaar geleden –toen Turkije migranten aanmoedigde naar de EU-grens te trekken en dat tot gigantische chaos leidde– ligt nog vers in het geheugen.
De situatie en relatie met Turkije is duidelijk een complex dossier voor de EU. Aan de ene kant wil zij „wantrouwen, rivaliteit en confrontatie omzetten in relaties gebaseerd op gemeenschappelijke belangen en samenwerking.” Aan de andere kant blijft zij zelf wantrouwend en waarschuwde vorige week nog dat de EU er niet voor zal terugschrikken om bijvoorbeeld sancties te gebruiken om zichzelf te verdedigen tegen Turkije.
Het is daarom niet verrassend dat de EU zegt dat ze best bruggen wil bouwen, maar dat die ook op elk moment weer kunnen worden afgebroken.