Minder werken gaat er moeilijk in bij Japanner
Japan zoekt naarstig naar nieuwe middelen om de werkloosheid te bestrijden, die in december vorig jaar een recordhoogte van 5,6 procent bereikte. Een van de alternatieven, dat momenteel topprioriteit heeft op de jaarlijkse lente-arbeidsonderhandelingen of ”shunto”, is arbeidsduurvermindering (adv).
Werknemers zouden minder gaan werken, zodat er nieuwe jobs vrijkomen. De vraag is echter of de Japanse samenleving hier klaar voor is. Volgens de vakbonden blijft de interesse op het terrein momenteel beperkt: minder dan 1 procent van de Japanse bedrijven probeert het systeem uit. Het gaat meestal om kleine of middelgrote bedrijven, met veel oudere werknemers.
Op dit moment wordt het ook nog vooral gezien als een noodmaatregel. Maar daar zou verandering in kunnen komen. Vooral omdat ook grote bedrijven de riem aanhalen. Toyota, de grootste Japanse autoproducent, met 25 miljard dollar aan inkomsten vorig jaar, heeft aangekondigd dat de salarisschalen niet zullen stijgen, ondanks de eisen van de vakbond voor 1000 yen (8,6 euro) extra per maand. In het nieuwe fiscale jaar, dat op 1 april van start gaat, worden heel wat nieuwe herstructureringen en ontslagen verwacht.
„Door werk te herverdelen kunnen we jobs beschermen”, aldus Naoto Omi van Zensen, een federatie van verschillende vakbonden. „Het sluit bovendien ook meer aan bij de Japanse cultuur. Voor Japanse werknemers is werkzekerheid nog steeds belangrijker dan een hoog loon.”
Maar toch botst werktijdvermindering ook met een aantal Japanse gewoonten. „In Japan, waar overwerken normaal is, gaat het aantal jobs niet toenemen als in de werkuren gesnoeid wordt”, stelt professor Hiroyuki Ida van de universiteit van Osaka. „Vooral kleinere en middelgrote bedrijven willen gewoon liever mensen die lange dagen maken voor minder geld.”
Het debat in Japan wordt volgens hem nog niet op hetzelfde niveau gevoerd als in Europa. Een voorbeeld: Als het de bedoeling is de werktijd te verkorten, zou men het voorbeeld moeten volgen van Frankrijk, dat een 35-urige werkweek heeft ingevoerd, vinden vakbondsmensen. Maar Japan is er niet klaar voor om zo ver te gaan.
Ook onder de werknemers en vakbondsmensen zijn de meningen verdeeld. Sommigen die nu voltijds werken en hun overuren betaald krijgen, zijn bang dat ze te veel van hun inkomen moeten afstaan. De Japanse Federatie voor Textiel, Kleding, Chemische, Voedsel en aanverwante Industrieën, een van de grootste vakbonden van het land, zei vorige maand dat werkherverdeling „een ander woord is voor besparingen.”
Masayuko Tanabe, de secretaris-generaal van de vakbond van een kleine supermarkt in Tokio, heeft zich verzet toen het management werkherverdeling wilde invoeren. „Dit kan misschien werken voor grote bedrijven, niet in kleine ondernemingen, waar de werknemers de kleine winsten moeten verdelen.”
Een advocate die vrouwelijke werknemers vertegenwoordigt, vreest dat vrouwen die parttime werken hun jobs nog moeten gaan delen en inleveren. Hatsue Okada, een 33-jarige verpleegster, vindt dit juist een interessant systeem, dat haar toelaat werk, gezin en huishouden te combineren. Voorstanders wijzen erop dat arbeidsherverdeling de Japanse werknemers eindelijk kan bevrijden van hun lange werkuren.