„Wat ik echt niet begrijp is dat er geen herinnering was over Pieter Omtzigt, dat over hem niet met fractievoorzitters zou zijn gesproken”, zegt ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers. „Maar dat we verschillende aantekeningen krijgen waarin staat: ‘je moet er wat mee’, ‘minister’, ‘Kamervoorzitterschap’. Is daar dan geen herinnering aan?”

Ook PvdA-leider Lilianne Ploumen noemt het „moeilijk te geloven” dat er geen herinneringen aan het gesprek zijn, terwijl de naam van Omtzigt in aantekeningen van twee verschillende ambtenaren terug te vinden zijn. „Dat kunnen we zien aan het handschrift”, verklaart de sociaaldemocraat. „Twee ambtenaren konden het wel reproduceren, maar Rutte en verkenners konden dat dus niet”, concludeert CDA-voorman Wopke Hoekstra.

SP’er Lilian Marijnissen vindt het simpelweg „niet geloofwaardig aan te nemen dat al die herinneringen bij jullie drieën vervlogen zijn”. PVV-leider Geert Wilders noemt het „totaal ongeloofwaardig”, en riep vanuit de Kamerbankjes op een later moment in het debat: „Vuile leugens”.

Voor verschillende partijen is vooral de brief die Ollongren en Jorritsma aan de Kamer stuurden na het klappen van de verkenning een heikel punt. Daarin zeggen ze dat Omtzigt in geen van de gesprekken met de fractievoorzitters ter sprake is gekomen, terwijl uit de aantekeningen blijkt dat dit wel het geval was in het gesprek met Rutte. „Berust die grote stelligheid nou op geen enkele toetsing?”, vraagt SGP-leider Kees van der Staaij zich af.

Ook Hoekstra vindt dat moeilijk te geloven. „Als dit gebeurt, en het is zo brisant, dan wil je één ding voorkomen en dat is dat er iets niet klopt”, zegt de christendemocraat, die samen met Ollongren in het kabinet zit. „We weten hoe dat gaat in ministeries”, houdt hij haar voor. „Je zoekt iets 100 procent uit, of je zegt dat je het niet weet.”