Verhoor Bouterse door Surinaamse krijgsraad op 30 april
De Surinaamse krijgsraad gaat op 30 april verder met de inhoudelijke behandeling van de Decembermoorden-strafzaak tegen oud president en ex-legerleider Desi Bouterse. Dat is mogelijk geworden nu de president van de krijgsraad, Cynthia Valstein-Montnor, woensdag alle bezwaren van de verdediging van Bouterse naast zich neer heeft gelegd. De zitting vond plaats in de rechtbank in Paramaribo.
Valstein-Montnor kondigde aan dat ze op 30 april Bouterse als verdachte wil verhoren. Bouterse zelf mag dan ook een aantal getuigen oproepen. Het is echter aan haar om te bepalen hoeveel getuigen ze zal toestaan, zo maakte Valstein-Montnor duidelijk.
Advocaat Irwin Kanhai, die Bouterse verdedigt, zei na afloop van de zitting nog niet te weten of hij getuigen zal oproepen. Bouterse zelf zei dat de zaak wat hem betreft tot nu toe volgens verwachting verloopt. Of er wel of geen getuigen opgeroepen gaan worden, interesseert hem niet, zo zei hij.
Advocaat Hugo Essed, die de nabestaanden van de slachtoffers uit 1982 vertegenwoordigt, deed een beroep op de krijgsraad om wat meer snelheid in het proces te brengen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door iedere week een zitting te hebben of bijvoorbeeld een marathonzitting van enkele dagen te organiseren. „Ik doe een beroep op de krijgsraad om er voor te zorgen dat dit proces geen veertig jaar gaat duren”, aldus Essed die aangaf dat het nu al 38 jaar geleden is dat de moorden werden gepleegd.
Bouterse werd in november 2019 veroordeeld tot twintig jaar cel in verband met zijn aandeel in de moord op vijftien politieke tegenstanders in december 1982. Omdat hij tijdens dat proces nooit aanwezig is geweest, werd hij bij verstek veroordeeld. Daarna tekende hij verzet aan waardoor de krijgsraad zijn zaak opnieuw in behandeling heeft genomen.