„Denk goed na over verbouwing kerkinterieur”
Verbouwingen aan het interieur van de kerk kunnen vaak sneller en doelmatiger, vindt Daphne van der Knijff-Looman. Woensdag wordt haar boek ”Vol vertrouwen de kerk verbouwen” gepresenteerd.
De presentatie vindt plaats tijdens de zesde uitzending van de programmareeks ”De kerk van alle kanten”, die georganiseerd is vanuit het programma Toekomst Religieus Erfgoed. Eerdere programma’s gingen onder meer over kerken die een andere functie krijgen. Tijdens de uitzending van woensdag gaat het over kerken die kerk blijven. Daarin past het nieuwe boek.
De uitgave van Van der Knijff gaat in op allerlei aspecten van de verbouwing van het interieur van een kerk. Het werkboek is bedoeld voor mensen die daarmee te maken krijgen, zoals kerkenraadsleden en leden van bouwcommissies.
Het is ingedeeld in twee delen. Het eerste stuk gaat over organisatorische zaken, zoals het budget, de organisatie van de verbouwing en het betrekken van de gemeente bij de verbouwing. Het tweede deel betreft praktische zaken, zoals het kerkgebouw, het zitten, de installaties, de akoestiek en de verlichting. Aan het eind van elk hoofdstuk kan de lezer zelf aan de slag met vragen en invulschema’s over het betreffende onderwerp.
Volgens Van der Knijff is een dergelijk boek niet voorhanden en is het wel nodig. „Vaak weet de kerkelijke gemeente met een kerkverbouwing niet precies wat men wil. Daardoor kan het project tussentijds lang stil liggen, bijvoorbeeld als de kosten hoger blijken te zijn dan men denkt of dat men erachter komt dat men toch iets anders wil.”
Van der Knijff noemt drie redenen voor het verbouwen van een kerk: het samengaan van (wijk)gemeenten, verandering in gebruik en praktische zaken als verduurzaming.
Waarom is een verbouwing belangrijk bij het samengaan van twee (wijk)gemeenten?
Van der Knijff: „Er bestaan gevoelens van verlies bij de leden die vanuit een ander kerkgebouw komen. Het is dan van belang om te kiezen voor een plek die voor allen nieuw is, zodat er gezamenlijk een nieuwe start gemaakt kan worden.
Een voorbeeld van een geslaagde verbouwing is de Dorpskerk in Hoogvliet, waar nieuw glas-in-lood is aangebracht dat geïnspireerd is door het glas-in-lood in de andere kerk. Of neem kerkelijk centrum Het Octaaf in Hoorn, dat nieuw liturgisch meubilair kreeg. In de nieuwe doopvont werd het bekken geplaatst uit de kerk die is afgestoten.”
Welke trends ziet u bij verandering in gebruik?
Van der Knijff: „Het gaat daarbij vooral om flexibilisering van de ruimte. Men wil bijvoorbeeld de kerk verhuren aan anderen of meer ruimte voor een muziekgroep. Een voorbeeld is het buurt-en-kerkhuis Bethel in Den Haag. Hier is het podium weggehaald, zodat men meer mogelijkheden heeft met de vloer. In de Pelgrimkerk in Haarlem is het podium juist vergroot. Het ging weliswaar ten koste van het aantal zitplaatsen, maar dat hinderde niet omdat er toch minder kerkgangers kwamen. Het vergrote podium is nu geschikt voor kooroptredens.”
Wat gaat er fout bij verbouwingen om praktische redenen?
„Men denkt te snel in oplossingen. Het is belangrijk om eerst het achterliggende probleem te bekijken en na te gaan welke oplossingen er mogelijk zijn.
Een voorbeeld is de Pelgrimkerk in Haarlem. Daar wilde men eerst de banken vervangen door stoelen. Er is gekozen voor een duurzame oplossing door een deel van de banken te behouden door ze in te korten.
Een ander voorbeeld is de kerk van de hervormde gemeente in Bergschenhoek. Men wilde de plaatsing van het meubilair in de langgerekte kerkzaal draaien, zodat de mensen meer met elkaar de dienst zouden beleven. Dat zou echter ten koste gaan van een behoorlijk aantal zitplaatsen. Er is toen voor gekozen om meer te doen met audiovisuele hulpmiddelen en de akoestiek te verbeteren. Vooraf goed nadenken kan problemen achteraf voorkomen.”