Drie kandidaten met voorrang de Kamer in; anderen redden het (net) niet
Drie kandidaat-Kamerleden doorbreken de lijstvolgorde en komen dankzij voorkeurstemmen tóch in de nieuwe Tweede Kamer. Anderen, zoals CDA’ er Martijn van Helvert, halen het benodigde aantal stemmen niet.
Dat blijkt uit de cijfers van de twintig kieskringen. De Kiesraad maakt aanstaande vrijdag de officiële uitslag bekend.
Dik 17.000 voorkeursstemmen zijn er nodig om met voorrang, vóór andere kandidaten op de lijst, in de Kamer te komen. Veel kandidaten die dat aantal stemmen halen, zouden door hun hoge plek op de lijst toch wel in het parlement komen.
Slechts een enkeling die op basis van puur het zetelaantal niet in de Kamer zou komen, weet de hem of haar toebedeelde plek op de lijst van zich af te schudden. Bij de verkiezingen van deze maand lukte het drie vrouwen: Kauthar Bouchallikht en Lisa Westerveld (beiden GroenLinks) en Marieke Koekkoek van de nieuwe partij Volt.
Westerveld werd in 2017 ook al met voorkeursstemmen gekozen. Bouchallikht komt nieuw in de Kamer; de ophef die rond haar ontstond omdat ze actief was voor een organisatie die in verband wordt gebracht met de Moslimbroederschap, heeft haar bij een deel van het electoraat kennelijk juist goodwill opgeleverd. Door het succes van Westerveld en Bouchallikht keren de zittende GL-Kamerleden Suzanne Kröger en Paul Smeulders niet terug.
Anderen kandidaten vissen achter het net; zij behalen te weinig stemmen om met voorrang in de Kamer te komen. Voor Martijn van Helvert zijn de druiven wel érg zuur. In 2017 haalde hij ruim voldoende (meer dan 19.000) stemmen. Zijn partij, het CDA, plaatste hem dit keer op een teleurstellende plek 25. De christendemocraat blijft nu steken op ruim 15.000 stemmen; daardoor moet hij zijn spullen in het Kamergebouw inpakken. Tegenover het Nederlands Dagblad wijst Van Helvert er onder meer op dat veel mensen op zijn partijgenoot Pieter Omtzigt hebben gestemd.
Boerin
Nóg dichter bij een voorkeurszetel zit GroenLinkskandidaat Stephanie Bennett; het Groningse Statenlid blijft steken op 16.712 stemmen.
Naast Van Helvert vertrekt ook het zittende Kamerlid Chris van Dam gedwongen uit de Kamer; hij blijft steken op ruim 9.300 stemmen. CDA-boerin Eline Vedder, nieuw op de kandidatenlijst, haalde eveneens ruim 9.300 stemmen.
Zonder Omtzigt, de nummer twee op de CDA-lijst, hadden deze kandidaten het wellicht wél gered. Omtzigt haalde maar liefst ruim 342.000 stemmen, zo’n 95.000 minder dan lijsttrekker Wopke Hoekstra.
Met dit gigantische aantal voorkeurstemmen schaart Omtzigt zich in het rijtje van kandidaten –uitgezonderd lijsttrekkers– met de meeste voorkeursstemmen ooit. Absolute topper is Rita Verdonk, in 2006 de nummer twee op de VVD-lijst. Zij haalde ruim 620.000 stemmen, en streefde daarmee lijsttrekker Mark Rutte voorbij.
Het scheelde niet veel of deze verkiezingen was er opnieuw een lagergeplaatste kandidaat die de lijsttrekker aftroefde. FVD-Kamerlid Wybren van Haga, bekend van zijn betogen over corona, haalde bijna evenveel stemmen als lijsttrekker Thierry Baudet: ruim 241.000 tegenover ruim 245.000 stemmen.
Bij de ChristenUnie schopte Stieneke van der Graaf, nummer zes op de lijst, het een eind. De Groningse eindigt op ongeveer 11.500 stemmen, maar keert daarmee dus niet terug in de Kamer. Het eveneens zittende CU-Kamerlid Eppo Bruins (plek 7) haalde ruim 4.200 stemmen. Bina Chirino, voorzitter van de jongerenorganisatie van de CU, haalde ruim 4.500 stemmen. Minister Carola Schouten, nummer twee op de lijst van de partij, komt net boven de 47.000 stemmen uit. De ChristenUnie als geheel trok ruim 350.000 kiezers.
Sneller
Bij de SGP stemt gewoonlijk een zeer hoog percentage van de kiezers op de lijsttrekker. De Kamerleden Chris Stoffer en Roelof Bisschop komen niet aan de 5.000 voorkeurstemmen, op een totaal van ruim 215.000 stemmen op de SGP. André Flach, de nummer vier op de lijst, haalde ruim 1.800 stemmen; voorzitter van SGP-jongeren Arie Rijneveld bijna 1.200.
Als het aan het demissionaire kabinet ligt, komen kandidaten met voorkeursstemmen in de toekomst sneller in de Kamer dan nu het geval is. Een wetsvoorstel hiervoor van minister Ollongren ligt momenteel voor advies bij de Raad van State.