„Turkije geen model voor islamlanden”
De Turkse prof. Ekmeleddin Ihsanoglu is uiterst voorzichtig in zijn uitspraken over gebeurtenissen en verschijnselen in de moslimwereld. Het gesprek met hem mag ook niet worden opgenomen op een cassetterecorder. Sommige vragen die te pijnlijk zijn, wijst hij zelfs helemaal van de hand.
Sinds juni van dit jaar is hij directeur-generaal van de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC), het samenwerkingsverband van islamitische staten. Dat verklaart veel van zijn terughoudendheid. Wel vertelt hij met nadruk dat voor de eerste maal in de geschiedenis van de organisatie over het bezetten van deze functie een stemming plaatsvond. Zijn benoeming werd niet achter de schermen geregeld.
Ihsanoglu was al verbonden aan het onderzoekscentrum van het OIC dat in Istanbul is gevestigd. Binnen deze organisatie bezet Turkije kennelijk een belangrijke plaats. Toch is het als betrekkelijk modern en democratisch land in de islamitische wereld een geval apart. Officieel is Turkije immers een seculiere staat.
Vervult het land daarmee een voortrekkersrol in de islamitische wereld? Zo wil Ihsanoglu het niet noemen. Turkije wil zich niet als model presenteren. Al lijkt het hem niet onmogelijk dat andere islamitische landen op den duur de ontwikkelingen in zijn land naar een democratische rechtsstaat zullen volgen.
„Turkije heeft een evenwicht gevonden tussen de eigen culturele waarden en die van de moderne wereld. De islam is verenigbaar met de democratie. Vijftien of twintig jaar geleden kwam er nogal eens kritiek vanuit andere islamitische landen dat Turkije veel te ver was gegaan in de modernisering van de maatschappij. Thans is die kritiek verstomd.
De bevolking van de Arabische landen wordt meer dan vroeger bereikt door de massamedia. Als gevolg daarvan is zij beter op de hoogte van wat er in Turkije werkelijk gebeurt en beoordeelt men de situatie in dat land positiever”, aldus de directeur-generaal van de OIC.
Hoe verklaart hij dan de opmars van het moslimfundamentalisme? Hij noemt daarvoor twee motieven. Allereerst de in zijn ogen oneerlijke behandeling van de Palestijnen door de westerse wereld. Dat veroorzaakt veel aversie bij hun islamitische geloofsgenoten over heel de wereld. Daarnaast is de verarming van de bevolking van invloed, althans het bewust worden van de economische achterstand die men heeft op het Westen.
Van islamitisch terrorisme wil hij niet horen. „Er zijn wel terroristen die moslim zijn, maar dat is nog geen islamitisch terrorisme. De islam is een godsdienst van vrede”, zo is zijn vaste overtuiging.
Hoe verklaart hij dan de burgeroorlog in Darfur tussen de Arabische regering in Khartoem en de zwarte bevolking van die regio, die allebei het moslimgeloof aanhangen? Op die vraag wil hij geen commentaar geven. Dat laat zijn positie binnen de OIC niet toe.
Hoe oordeelt de islamitische wereld over een Turks lidmaatschap van de Europese Unie? „Als dat doorgaat, betekent dat een verbreding van de EU. Dat is goed voor Europa. De EU laat daarmee zien dat zij geen exclusief christelijke club is en dat zij er in haar relatie met de moslimwereld geen dubbele agenda op nahoudt.”
Botst de geseculariseerde Europese cultuur niet met de islamitische waarden? Denk aan het Turkse verbod op overspel dat onder druk van de EU moest worden ingetrokken. Toen premier Erdogan half oktober op bezoek was in Parijs, werd hem gevraagd hoe hij dacht over homorechten en het homohuwelijk. Daar gaf hij toen een ontwijkend antwoord op omdat hij de positie van Turkije in de lopende discussie over het EU-lidmaatschap niet wilde verzwakken.
Op deze zaak wil prof. Ihsanoglu evenmin ingaan. In zijn ogen zijn dat te veel details. Wel is zijn tegenvraag hoe wij als christenen daarover denken. Dat ook orthodoxe christenen het homohuwelijk afwijzen, stemt hem tot tevredenheid. Kennelijk is er op dit punt een bepaalde overeenstemming tussen de beide godsdiensten, zo constateert hij.
Hoe moeten moslims en moslimlanden zich opstellen tegenover mensen die van de islam overgaan naar een andere godsdienst? Nu roept dat in de praktijk vaak veel agressie op. Maar ook op die actuele vraag wil hij niet reageren. In zijn positie kan hij daar geen antwoord op geven, zo beklemtoont hij. Of zijn eigen mening komt niet overeen met de gangbare standpunten in de islamitische wereld, of hij vreest het imago van de islam te schaden wanneer hij in een westerse krant uitspreekt hoe hij er werkelijk over denkt.
Is er naast de hang naar fundamentalisme ook sprake van een secularisatie in de islamitische wereld? Daar ziet Ihsanoglu wel aanwijzingen voor. „Als gevolg van industrialisatie en urbanisering komen moslims losser te staan ten opzichte van hun godsdienst.”