„Mvo goed voor winst”
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo) loont. Bedrijven die niet kunnen aangeven dat ze goed omgaan met het milieu, lopen het risico dat consumenten hun producten gaan boycotten. Dat zei staatssecretaris Van Geel maandag in Maastricht tijdens een driedaagse internationale conferentie over mvo.
De gastvrouw, staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken, ging in haar toespraak nog een stapje verder. Zij noemde concrete voorbeelden van bedrijven die dankzij mvo hun marktaandeel wisten te vergroten en daarmee hun winst.
Nederland, nu nog voorzitter van de Europese Unie (EU), wil mvo op de agenda zetten van de vergadering van regeringsleiders van de Unie in maart volgend jaar. De conferentie in Maastricht moet leiden tot aanbevelingen aan die regeringsleiders. Tijdens het congres stoeien bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties er met elkaar over.
Men kan van mening verschillen over wat mvo precies is. Inzet van de milieubeweging en de mensenrechtenbeweging is in ieder geval dat bedrijven in een jaarverslag aangeven hoe ze ook in een ver buitenland omgaan met milieu en bijvoorbeeld kinderarbeid. Actiegroepen, maar in de Tweede Kamer ook PvdA en GroenLinks, zien het liefst dat het kabinet dit gaat verplichten.
Voorlopig is dat een stap te ver. Het kabinet verwijst naar een advies van de Sociaal-Economische Raad. Volgens het Nederlandse poldermodel moeten de bedrijven en de maatschappelijke organisaties er zelf uitkomen. Een verplichting zou het Nederlandse bedrijfsleven internationaal in een nadelige positie kunnen brengen en ook nog eens leiden tot te veel administratieve rompslomp.
Staatssecretaris Van Gennip wil woensdag in de slotverklaring van de conferentie in Maastricht opnemen dat de Europese Unie niet alleen technische innovatie, dus slimmer produceren, maar ook „sociale innovatie” gaat stimuleren. Maatschappelijk verantwoord ondernemen zou zo met subsidie gestimuleerd kunnen worden.
Ze heeft goede hoop dat er naar Nederland wordt geluisterd. Het Nederlandse bedrijfsleven is sterk internationaal gericht en heeft daardoor ervaring opgedaan met het kritisch volgen door actiegroepen en dergelijke. De OESO, een organisatie van westerse industrielanden, heeft richtlijnen opgesteld over mvo. In Nederland moeten bedrijven beloven dat ze zich aan die richtlijnen houden om in aanmerking te komen voor bepaalde subsidies. Bovendien wordt deze maand in ons land een kenniscentrum mvo geopend, waar bedrijven terechtkunnen.
Tijdens de conferentie zette een ambtenaar van Economische Zaken uiteen hoe de overheid een steentje kan bijdragen door „maatschappelijk verantwoord inkopen.” Niet alleen bedrijven die de spullen maken moeten aangeven hoe het productieproces verloopt, ook de handel kan daarin door „ketenmanagement” een rol spelen.
De conferentiegangers bespreken dit terwijl ze sloten koffie van Max Havelaar drinken, internationaal een aansprekend voorbeeld van mvo.