Bezoek Kamp aan Afghanistan kent hoog politiek gehalte
„Jullie schrijven wereldgeschiedenis," zei minister Kamp van Defensie toen hij maandag op het hoofdkwartier van de Internationale Veiligheidsmacht (ISAF) in Kabul Nederlandse officieren toesprak. De bewindsman liet merken trots te zijn op de bijdrage die de Nederlandse militairen leveren aan de stabilisering van Afghanistan.
Tegelijkertijd zal hij echter de leiding van ISAF, de NAVO, moeten teleurstellen. Eind maart volgend jaar worden de hooggewaardeerde Apache gevechtshelikopters definitief teruggetrokken uit de Afghaanse hoofdstad. Kamp vindt het niet verantwoord het uithoudingsvermogen van de bemanning nog veel langer op de proef te stellen.
Apaches zijn zeer gewild en tegelijkertijd erg schaars. Nederland is een van de weinige landen die de toestellen in bezit heeft en ook bereid is in te zetten. Echter met twee gelijktijdige operaties in Irak en Afghanistan is de rek er uit. De bewindman gaat op zoek naar „een nieuw evenwicht tussen deelname aan vredesoperaties en de belasting van de bemanning van de Apaches". En dat betekent dus niet dat hij ruimte probeert te scheppen voor een langer verblijf van de Apaches in Irak, die half maart worden teruggetrokken, benadrukt hij.
De komende drie dagen brengt Kamp bezoeken aan de circa 340 Nederlandse militairen in Afghanistan. Het is evenwel ook een politiek bezoek. De bewindsman wil nagaan wat de mogelijkheden zijn voor een lange termijn ondersteuning van ISAF. Tevens welke ondersteuning Nederland de nieuwe regering van Karzai kan geven bij het maken van plannen om bijvoorbeeld de papaverteelt en de heroinehandel tegen te gaan.
Afghanistan, zo had Kamp begrepen, staat op een tweesprong. Als er niet snel wat tegen het heroineprobleem wordt gedaan, is de kans groot dat het land afglijdt naar een narcostaat. Een van de problemen van Karzai is echter dat hij nauwelijks mensen heeft die plannen kunnen maken en uitvoeren. De Taliban heeft het grootste deel van de intelligentsia weggevaagd.