Verenigd Koninkrijk, EU en Noorwegen eens over visquota
De Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen zijn het dinsdag eens geworden over de verdeling van een zestal visquota voor de Noordzee. Het is het eerste dergelijke akkoord sinds de brexit.
Vissers op haring, schol, kabeljauw, schelvis, wijting en koolvis weten door de overeenkomst straks waar ze dit jaar aan toe zijn. Hoe het akkoord precies uitpakt voor Nederlandse vissers, wordt waarschijnlijk volgende week duidelijk.
Noorwegen maakt geen deel uit van de EU en maakt al sinds jaar en dag afspraken met Brussel over de visvangst en onderlinge uitruil van quota. Tegenwoordig moet ook onderhandeld worden met het Verenigd Koninkrijk, dat uit de EU is gestapt.
Londen en Brussel hebben eerder voor het eerste kwartaal van 2021 voorlopige vangstlimieten afgesproken, in afwachting van een definitieve overeenkomst. Zolang de onderhandelingen met Noorwegen nog liepen, mochten vissers uit de EU sinds 1 januari niet langer in Noorse wateren vissen en vice versa. Dat trof vooral Deense vissers hard. Nu krijgen ze weer toegang.
Kabeljauw
Afgesproken is dat alle vissers samen dit jaar 7,4 procent minder haring mogen vangen dan vorig jaar. De scholvisserij krimpt 2,3 procent, kabeljauw levert 10 procent in en koolvis 25 procent. Van wijting en schelvis mag respectievelijk 19 en 20 procent meer worden opgevist.
De drie partijen gaan kabeljauw ook beschermen door bijvoorbeeld sommige wateren af te sluiten.