OM: ‘Rico de Chileen’ was gedoodverfde leider moordbende
De 47-jarige Richard R., alias Rico de Chileen, was jarenlang „de gedoodverfde leider” van een internationaal opererende misdaadorganisatie die zich bezighield met het witwassen van criminele miljoenen, grootschalige cocaïnehandel en het plegen van liquidaties.
Dat zei het Openbaar Ministerie woensdag aan het begin van een tien uur durend betoog, waarin het bewijs tegen R. minutieus uiteenzet wordt en een strafeis zal worden geformuleerd. Voor dit requisitoir is twee dagen uitgetrokken, de eis zal pas maandag worden uitgesproken. R. staat terecht op verdenking van het leiden van een criminele organisatie.
Het onderzoek naar R. is in 2016 op gang gekomen. In de loop van het onderzoek hebben politie en justitie een grote hoeveelheid cryptoberichten (zogeheten PGP-berichten) verzameld, waaruit volgens het OM onomwonden blijkt dat R. leider was van een moordorganisatie.
Ter illustratie van die stelling haalde de officier van justitie twee PGP-berichten aan, die R. in april 2016 verstuurde aan Ridouan Taghi, die inmiddels hoofdverdachte is in het omvangrijke liquidatieproces Marengo. In de berichten wordt gesproken over liquidaties en ze tonen volgens het OM „de koelbloedige wijze waarop beiden over leven en dood beslissen”.
„Een enkel bericht kan een einde maken aan een mensenleven”, aldus de officier. R. zou er talloze hebben verstuurd. Niet alleen aan Taghi, maar ook aan andere criminele kopstukken met wie hij zaken zou hebben gedaan. Ze geven „een glasheldere inkijk in de bijzondere werkwijze” van de organisatie, aldus het OM. „De meeste berichten zijn heel concreet, criminelen waanden zich veilig.” Nadat enkele jaren geleden miljoenen PGP-berichten in handen van politie en justitie kwamen, zijn ze „een ware goudmijn” gebleken in een reeks strafzaken, aldus het het OM.
Ook in de zaak tegen ‘Rico de Chileen’, die in 2017 werd gearresteerd toen hij Chili inreisde en vervolgens aan Nederland is uitgeleverd. Volgens justitie heeft R. zijn organisatie vanuit het buitenland bestuurd, leidde hij „een luxeleven”, bleef hij zelf zoveel mogelijk buiten schot en liet hij ondergeschikten in zijn bende „het vuile werk opknappen”.
Politie en justitie werken nog aan een tweede strafrechtelijk onderzoek tegen R., waarin hij naar verwachting zal worden beschuldigd van concrete betrokkenheid bij meerdere liquidaties.