Consument

„Volwassene met knuffel, dat is heel normaal”

„Het is vrijwilligerswerk; mijn uren reken ik niet. Als klanten een filmpje sturen van een kind dat de knuffel tegen zich aan drukt dan weet ik: het is goed. Daar doe ik het voor”, zegt knuffeldokter Rolieneke Arts-Meindersma

2 March 2021 16:42
Rolieneke Arts-Meindersma werkt als Bob de berendokter en herstelt knuffels. beeld Kitty van Gijzen
Rolieneke Arts-Meindersma werkt als Bob de berendokter en herstelt knuffels. beeld Kitty van Gijzen

Hoewel ze 28 uur per week als beleidsmedewerker in touw is, werkt ze nog eenzelfde aantal uren aan het herstellen van knuffels onder de noemer Bob de Berendokter. Aan klanten geen gebrek: tot haar spijt is de agenda tot december 2022 volgeboekt. „Het liefst help ik iedereen die bij me aanklopt, maar ik zit écht vol”, verzucht Arts. „Als ik m’n man en kinderen zou vragen of er ruimte is voor een spoedreparatie zeggen ze nee, maar vraag je het mij, dan zeg ik ja. Zeker als een dier een knuffel van een kind te pakken heeft gehad. Maar extra klusjes erbij, dat gaat eigenlijk niet. Nu heb ik een knuffel van een militair in huis. Hij is twee maanden op uitzending en daarom kan ik er de tijd voor nemen.”

16824776.JPG
Bob de berendokter. beeld Kitty van Gijzen

Om naamsbekendheid te krijgen, begon Arts in 2018 met een open spreekuur in een lokaal koffie-en-theezaakje in haar woonplaats Rijen. Sommige knuffels kon ze ter plekke helpen, een paar nam ze mee naar huis. „De aanvragen waren prima bij te benen”, vertelt ze. „Tot april 2019. Ik heb echt geen idee wat er toen gebeurd is, maar vanaf dat moment is het een gekkenhuis. In de herfst van dat jaar heb ik meegewerkt aan een tv-programma en daarna is het echt uit de hand gelopen. Iedere week doe ik twee grote reparaties en een zogeheten fluftransfusie, een nieuwe vulling, of een kleine reparatie. En daarmee zit ik –een aantal weken vakantie daargelaten– vol tot eind volgend jaar.”

Bij de Berendokter thuis is het ook een hele drukte. Arts: „Bob is mijn eigen beer, die ik een aantal jaren geleden kocht. Ik was vroeger al gek van knuffels en dat is altijd zo gebleven. Ik heb het ook doorgegeven aan mijn kinderen. We hebben zeker 25 beren in huis van de stichting Kinderen Kankervrij, Kika. Dat zijn de mascottes van hun stichting. De dieren hebben een eigen karakter en allemaal net een ander neusje. Elke beer is voor ons uniek.”

Voor Arts zijn de troeteldieren meer dan een hoopje of lapje textiel. „In onze wereld is het gewoon dat we een huisdier hebben. Dat heeft een naam, daar speel je mee en je gaat ermee naar de dierenarts. Voor veel mensen is dat bij een knuffel precies hetzelfde. Die geeft ook een gevoel van veiligheid, vertrouwdheid en geborgenheid en is als iemand die onvoorwaardelijk van je houdt. Natuurlijk weet je dat het gewoon een stukje textiel is, maar de emotionele binding is hetzelfde als met een echt dier. Dus de impact als er iets mee mis is ook. Je praat daar alleen niet over met collega’s of familie.”

Herstel

Via een idee van haar man kwam Arts in de knuffels terecht. „Onze zoons zijn nu tieners. Vroeger mocht ik kleding voor hen maken, maar dat stellen ze nu niet meer op prijs. De vraag was hoe ik toch kon blijven handwerken zonder dat m’n huis vol zou komen te liggen met dingen die ik niet nodig heb. M’n man stelde voor om knuffeldokter te worden om anderen blij te maken.”

In juli 2018 ontwierp haar oudste zoon een website en maakte accounts op sociale media voor haar aan. De jongste ontwierp een logo en al snel was er de naam Bob de Berendokter.

16824777.JPG
beeld Kitty van Gijzen

Zeker 75 procent van Arts’ klanten is volwassen. „Ik zie mensen van allerlei bevolkingsgroepen en alle leeftijden; mensen met wie niks mis is of met autisme of een angststoornis. Iedereen is welkom, of het nu om een militair met een konijn gaat of om een peuter met zijn versleten diertje. De liefde voor een knuffel is universeel.”

Een mooi voorbeeld van de impact van een troeteldier is voor Arts de ervaring van een jonge vrouw. „Ze zou opgenomen worden in een kliniek en de knuffel die haar erg dierbaar was, moest mee. Ik heb ’m opgeknapt en voor haar was dat een motivatie om aan haar eigen herstel te werken: de knuffel kan beter worden, dan kan ik het ook.”

Met haar oudste zoon heeft Arts een soortgelijke ervaring. „Hij is erg slim. Als kind ging zijn cognitieve ontwikkeling snel, maar we vroegen ons wel af hoe het met zijn emotionele ontwikkeling ging. Als we via een knuffel aan hem vroegen naar zijn gevoel, kon hij daar makkelijker mee praten dan met ons.”

Arts doet haar werk met Bob de Berendokter niet voor het geld. „Een fluftransfusie kost 15 euro. Als ik de hele binnenkant moet verstevigen, dan is dat ook 15 euro. Ik heb geen zin om te differentiëren; ik reken geen uren; het is echt vrijwilligerswerk. Met het bedrag kan ik mijn website bijwerken, de naaimachine onderhouden en af en toe iets leuks kopen voor Bob.”

Eens in de zoveel tijd gaat er ook een bedrag naar een goed doel. Bob steunt bijvoorbeeld echte beren door donaties aan het Berenbos. Als hij in april jarig is, dan kan hij waarschijnlijk daar zijn vijfde perceel kopen en is hij grootgrondbezitter. Daarnaast doneert de Berendokter aan Kika en de organisatie Make-a-Wish, die wensen van ernstig zieke kinderen mogelijk maakt.

Logeerpartij

Arts beseft dat door de sterke emotionele binding die haar klanten met hun troeteldier hebben, er geen lange logeerpartij bij de berendokter in zit. Ze probeert dan ook binnen een week klaar te zijn met de operatie. Ondertussen zorgt Bob goed voor zijn patiënten. Hij leest ze voor, stopt ze ’s avonds lekker in, zorgt de volgende ochtend voor een ontbijtje, maakt wat foto’s voor de baasjes en verstuurt die ook, zodat ze kunnen zien hoe hun knuffel het ondertussen maakt.

16824779.JPG
beeld Kitty van Gijzen

Het moment dat het beestje weer retour gaat, vindt Arts weleens spannend. „Mensen vinden het soms heel moeilijk om een knuffel af te geven. Deze week had ik er een die geen handen of voeten meer had, alles was aan elkaar genaaid. Het was een soort knoedel en nu is het weer een popje. In de meeste gevallen gaat het goed; het wordt altijd beter dan het geweest is, maar toch is het dan spannend om te zien hoe erop gereageerd wordt.”

Arts bekent zelf ook een band met beestjes van pluche te hebben. „Ik wil vooral vertellen dat er zo veel mensen zijn die een knuffel hebben; daar hoef je je niet voor te schamen. Als ik ’s avonds op de bank zit en een teddybeer op schoot tegen mijn buik heb, helpt me dat om diep te ademen en beter te ontspannen. Dat is toch beter dan daarvoor een sigaretje, alcohol of drugs te nemen?”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer