In het debat mocht elke deelnemer een stelling aanleveren. Tamara van Ark (VVD) koos voor migratie, Fleur Agema (PVV) voor verschraling van de zorg, Henk Nijboer (PvdA) poneerde een stelling over wonen, Rob Jetten (D66) wilde praten over klimaat, Renske Leijten (SP) over de politie en Pieter Omtzigt van het CDA over de betrouwbare overheid.

Maar in elke ronde werd toch vooral de grootste regeringspartij aangevallen. Afgelopen vrijdag was die trend ook al te zien bij het radiodebat van de NPO. Toen was VVD-lijsttrekker Mark Rutte veelvuldig het mikpunt van kritiek.

Na het uitbreken van de coronacrisis is de VVD in de peilingen gestegen. Fouten in de aanpak van de coronacrisis lijken de partij in de peilingen niet te deren. Daarbij komt ook nog eens dat de VVD in haar programma wat meer naar het midden is opgeschoven.

Vooral D66’er Jetten haalde uit naar de VVD. Hij noemde het „schofterig” dat die partij vluchtelingen die op eigen houtje naar Europa komen, wil terugsturen. „De rek in de samenleving is eruit”, reageerde Van Ark van de VVD. Vluchtelingen moeten in de regio worden opgevangen, benadrukte ze.

Jetten hekelde ook dat de VVD haar klimaatplannen niet laat doorrekenen. Volgens Van Ark van is de berekening van het Planbureau voor de Leefomgeving te beperkt en moet het klimaatprobleem Europees worden aangepakt… „De lucht houdt niet op bij de grens.”

Maar ook van andere partijen kreeg de VVD de wind van voren. Nijboer (PvdA) viel de VVD aan omdat de partij blijft vasthouden aan de winstuitkering in de zorg en Omtzigt (CDA) haalde uit naar Rutte omdat zijn kabinet niet transparant genoeg zou zijn geweest.

Opvallend was nog dat Jetten verklaarde niet op lijsttrekker Sigrid Kaag te gaan stemmen. Hij heeft alle vertrouwen in de nummer één van zijn partij gaat op iemand stemmen „die heel creatief campagne heeft gevoerd”.