Bush presenteert ambitieuze agenda
President Bush heeft donderdag een ambitieuze agenda voor zijn tweede ambtstermijn gepresenteerd, die hij hoopt te realiseren met steun van de versterkte Republikeinse meerderheid in het Congres.
„Wij zullen ons verouderde fiscale stelsel moderniseren en ervoor zorgen dat ”social security” (de Amerikaanse variant van de AOW, red.) klaar is voor de volgende generatie”, aldus Bush tijdens een persconferentie in Washington.
Verder wil de president de komende vier jaar zijn onderwijsplannen meer prioriteit geven. In zijn eerste ambtstermijn bleef het op dat gebied bij goede bedoelingen en stuitten zijn plannen op verzet van een groot aantal staten, die er niets voor voelen dat de federale overheid zich bemoeit met onderwijs, traditiegetrouw een bevoegdheid van de afzonderlijke staten. Al deze onderwerpen kosten geld en dat kan een probleem voor Bush worden. Na een reeks belastingenverlagingen beschikt de overheid over minder inkomsten, terwijl de militaire operaties in Irak en Afghanistan extra geld vragen.
Wil president Bush een en ander realiseren, dan moet hij haast maken. Over twee jaar zijn er alweer tussentijdse verkiezingen voor het Huis van Afgevaardigden. Vanaf die tijd oriënteert de Amerikaanse politiek zich gewoonlijk op de periode na de eerstvolgende presidentsverkiezingen. Dat betekent dat Bush, die aan zijn tweede en laatste ambtstermijn begint, dan minder druk kan uitoefenen op het parlement, dat zich dan meer richt op de prioriteiten van de kiezers en op mogelijk toekomstige politieke coalities.
„In feite heeft Bush nog twee jaar om zijn plannen te verwezenlijken. De president kennende, zal hij daarna zeker nog het een en ander proberen, maar zijn invloed zal in de tweede helft van zijn laatste ambtstermijn snel afnemen”, zegt financieel analist Peter Orszag van het Brookings Research Instituut in Washington. „Dat weet Bush zelf ook, dus je kunt de komende twee jaar het nodige politieke vuurwerk verwachten rond plannen waar de Democraten weinig voor voelen, zoals de gedeeltelijke privatisering van de sociale zekerheid en van het ziektekostensysteem.”
Wat de buitenlandse politiek betreft zal er waarschijnlijk weinig veranderen. „Ik denk dat een Amerikaanse president duidelijk moet zeggen wat hij bedoelt. Wij hebben een heilige plicht om de Amerikaanse bevolking te beschermen, of mensen het daar nu mee eens zijn of niet”, aldus Bush donderdag. Een uitspraak die beslist niet duidt op een koerswijziging in zijn buitenlands beleid, waar sommigen op hoopten. De Britse premier Tony Blair, bondgenoot van Bush, dringt er bij de president op aan om meer aandacht te schenken aan de oplossing van het Israëlisch-Palestijnse conflict, zeker nu een Palestijnse machtswisseling waarschijnlijk lijkt.
Het was donderdag niet duidelijk of Bush bereid is zich meer in te spannen voor een oplossing van dit conflict, dat de oorzaak is van een groot deel van de anti-Amerikaanse gevoelens in de moslimwereld vanwege Washingtons steun voor het compromisloze beleid van de Israëlische premier Sharon. In Irak lijkt er voorlopig weinig te veranderen. Iran vormt een probleem, omdat het land volgens Washington vastbesloten is kernwapens te produceren. Een militaire inval is volgens deskundigen haast ondenkbaar, omdat het Amerikaanse leger zijn huidige taken in Irak en Afghanistan al bijna niet aankan. Voorlopig mikt de regering-Bush op diplomatiek overleg. In het uiterste geval zouden Iraanse nucleaire faciliteiten kunnen worden gebombardeerd, maar zulke scenario’s worden in Washington op dit moment erg voorbarig genoemd.