Werk samen met plaatselijke kerk bij zending en richt geen eigen gemeente op
Wat bezielt kerken om te menen dat we in landen waar het Evangelie al lang geleden landde zending moeten bedrijven, alsof de bestaande kerken lucht voor ons zijn? Bij zendingswerk moeten we het juist zoeken in samenwerking met plaatselijke kerken.
„Het is niet vreemd dat kerken vandaag uiterst behoedzaam zijn in hun (missionaire) omgang met de Joden. Maar zij zouden zich moeten afvragen of hun zendingsactiviteiten in algemene zin niet op de schop moeten.” Dat schreef dr. Steven Paas (RD 15-2). Zijn oproep was me uit het hart gegrepen. Hoewel de zendingsopdracht wat mij betreft in elke kerk centraal hoort te staan, vind ik de manier waarop hiermee omgegaan wordt vaak nogal storend en geen dienst aan het Evangelie van onze Heere Jezus Christus.
In de jaren 80 van de vorige eeuw specialiseerde ik me aan de Universiteit van Utrecht in ”Islam en Midden Oosten” en met die studie kwam ik in Egypte terecht als verslaggever voor Radio1 (nu NPO1) en het Reformatorisch Dagblad. Later voegde ik daar een proefschrift in missiologie aan toe onder begeleiding van dr. Jan Jongeneel, ook in Utrecht. In 1988 werd ik met mijn gezin naar Egypte uitgezonden door de Nederlandse zendingsorganisatie Interserve. We gingen in Caïro wonen en werden daar lid van een internationale protestantse gemeente.
Naast mijn journalistieke werk was ik actief in een aantal missionaire projecten met christelijke Egyptenaren. Ik hielp een protestantse Egyptische vriend met het opzetten van een uitgeverij van christelijke kinderboeken, wat later uitgroeide tot de Arabische tak van Focus on the Family, een organisatie die zich inzet voor gezinswaarden.
Ook begon ik een dagverblijf voor verstandelijk gehandicapte kinderen, in samenwerking met de Koptisch-Orthodoxe Kerk in de wijk waar ik woonde. Ik hielp de koptische bisschop Thomas uit het zuidelijke bisdom van Qussia en Mair met projecten van dorpsontwikkeling. Na een forse aardbeving bracht ik diverse koptische kerkleiders bij elkaar om samen hulp te verlenen en woningen te herstellen.
Schokkende conclusie
Door dit soort activiteiten kreeg ik steeds meer contacten binnen de Koptisch-Orthodoxe Kerk. Vermoedelijk zorgde het buiten Nederland wonen ervoor dat ik meer openstond voor serieuze relaties met zulke andersdenkende christenen dan ik in Nederland zou zijn geweest.
Die kopten dachten anders dan ik over de doop (ik was toen nog een baptist), over heiligen, Maria, iconen, de kerkstructuur en veel meer. Ondanks al deze verschillen moest ik al snel constateren: deze mensen zijn werkelijk gelovigen in en volgelingen van Jezus Christus. Ze geloven dat alleen de genade van God ons kan verlossen, zonder werken der wet. Dat klinkt voor mij nu als een open deur, maar als protestantse jongeman was dat indertijd een schokkende conclusie voor me.
Het valt me trouwens op dat, zodra kopten worden verdrukt, we hen als Nederlandse protestanten makkelijk omarmen als ”ons soort mensen”. Dan ineens lijken we de verschillen niet van belang te achten.
Als de kopten die ik ontmoette echte gelovigen waren, dan moest ik ook vaststellen dat de kerk waarin ze opgroeiden dus een ware uitdrukking van het lichaam van Christus moest zijn. De Koptisch-Orthodoxe Kerk. En als ik dat in Egypte kon vaststellen, dan zou ik ook in Nederland van andere kerken dan de mijne moeten accepteren dat die waarachtig Kerk van Jezus Christus zijn.
Intussen was ik nog steeds lid van de internationale kerk in mijn wijk. Ik zat daar een paar keer in de kerkenraad maar kon op een gegeven moment niet meer meedoen met wat ik echt verkeerd vond. De kerkenraad zette volop in op het aantrekken van Egyptische christenen, om die lid te maken van onze kerk: Engelstalig, buitenlands, onafhankelijk. Ik vond dat totaal ongepast. Je trekt toch geen kopten uit hun kerk weg om die in een totaal niet-contextuele protestantse kerk te brengen? Dit bracht mijn visie op de kerk en de zending in een stroomversnelling.
Westers Evangelie
Wereldwijd is het vandaag de dag echt niet zo makkelijk meer om landen en regio’s te vinden waar geen kerken en christenen zijn. Als we zendelingen naar zulke gebieden sturen, laten we dan vooral oppassen dat we niet ons westerse evangelie met onze westerse cultuur proberen te planten. Terecht pleit Steven Paas hiervoor.
Maar de werkelijkheid is dat bijna alle zendelingen die vanuit Nederland worden uitgezonden naar landen en regio’s gaan waar allang kerken en christenen zijn. Wat bezielt ons om te menen dat we in landen waar het Evangelie al lang geleden landde zending moeten bedrijven, alsof de bestaande kerken lucht voor ons zijn? Het feitelijk ontkennen dat deze bestaande kerken bij Christus horen, gaat toch volledig in tegen het Evangelie?
Ondersteunen
Als we willen bijdragen aan de verkondiging van het Evangelie in landen waar al een serieuze aanwezigheid van de kerk is, moeten we het zoeken in samenwerking. Zoek naar manieren om de bestaande kerken te ondersteunen bij het uitvoeren van hun zendingsopdracht in plaats van zelfstandig te opereren. En mijn ervaring met de Koptisch-Orthodoxe Kerk is dat, als je daar ”van binnen uit” mee samenwerkt, je al snel gaat zien hoe die kerk al eeuwen bezig is met gestalte geven aan het Evangelie, zowel binnen als buiten haar kerkmuren.
De auteur geeft leiding aan Stichting Nijlvallei, een organisatie die kerken in Egypte steunt.