Syrische regeringsagent krijgt cel in Duitsland wegens marteling
Een voormalig lid van de Syrische geheime dienst heeft vierenhalf jaar celstraf gekregen in Duitsland vanwege misdaden tegen de menselijkheid. De 44-jarige Eyad al-Gharib zou namens de Syrische regering van president Bashar al-Assad hebben meegewerkt aan marteling.
Al-Gharib zorgde er volgens de Duitse rechtbank in 2011 voor dat demonstranten naar een detentiecentrum in Damascus werden gebracht, waar zij werden gemarteld. Hij zou zeker dertig mensen naar de gevangenis hebben gebracht, terwijl hij wist dat ze daar gemarteld zouden worden.
Al-Gharib werd samen met medeverdachte Anwar Raslan in Duitsland opgepakt in februari 2019, nadat hij daarheen was gevlucht. Raslan wordt verdacht van ernstigere feiten. Hij zou toezicht hebben gehouden op het vermoorden van zeker 58 mensen en hij zou verantwoordelijk zijn voor het martelen van 4000 mensen. Raslan hoort later dit jaar zijn straf.
Steeds meer vergelijkbare zaken duiken op in Europa. Zo lopen er ook rechtszaken in Frankrijk en Zweden. Veel mensen die voor de Syrische regering werkten, keerden Assad de rug toe en vluchtten weg naar Europa. Al-Gharib werd in 2019 aangehouden. Hij had bij zijn asielaanvraag in 2018 toegegeven wat hij had gedaan en betuigde tijdens de rechtszaak spijt.
De advocaten van al-Gharib wilden dat hij werd vrijgesproken, omdat hij zichzelf en zijn familie in gevaar bracht als hij zijn orders niet uitvoerde in 2011. De aanklager vond dat de Syriër niet genoeg medewerking verleende. Hij heeft niets gezegd over het Syrische systeem en over de mensen die daadwerkelijk de orders gaven.
Veel Syrische vluchtelingen getuigden in de rechtbank over de martelingen die ze hebben moeten ondergaan in de beruchte al-Khatib gevangenis. Veel van hen deden dat anoniem, uit angst voor de veiligheid van familieleden die nog in Syrië wonen. In de Syrische gevangenissen zijn sinds 2011 duizenden mensen doodgemarteld of uitgehongerd.