Volgens persvoorlichter Paul te Grotenhuis staat het water veel winkeliers tot aan de lippen. Zo vertelt hij verhalen te kennen van ondernemers die geld bij hun kinderen moeten lenen of hun auto moeten verkopen. „Iemand moest zelfs haar huis verkopen om van de overwaarde de schulden te kunnen betalen. De kosten stapelen zich maar op.”

Het feit dat klanten sinds kort hun bestellingen bij de winkel mogen afhalen, is voor veel ondernemers niet afdoende, stelt de persvoorlichter. „Onder onze leden hebben we een peiling gehouden. Daaruit blijkt dat de meerderheid hiermee nauwelijks meer omzet realiseert. Het is duidelijk: winkels moeten open zijn om een normale boterham te kunnen verdienen.”

De zegsman vindt dat het kabinet blijk geeft van goede wil door ondernemers met steunpakketten financieel te willen helpen. Maar ook daarmee zijn veel winkeliers nog niet uit de zorgen. „De loonkosten vergoedt de overheid bijvoorbeeld tot 85 procent, dus de overige 15 procent moet je zelf betalen. Dat is niet makkelijk als je al maanden geen omzet geneert.”

Kaalslag

De branchevereniging vreest een kaalslag in de winkelstraten als de coronamaatregelen niet worden versoepeld. Veel ondernemers staan op omvallen, stelt de woordvoerder. „Mensen vergeten weleens dat dit niet alleen gaat over de winkels in de centra van grote steden als Amsterdam en Rotterdam, maar ook dat veel dorpen hiervan de gevolgen zullen gaan terugzien.”

Volgens INretail kunnen de winkels heel goed open. Zo wijst Te Grotenhuis erop dat veel winkeliers al eerder tijdens de coronacrisis de deuren geopend hadden. Toen was het protocol ”Verantwoordelijk winkelen” leidend. Daardoor bleek de consument veilig zijn inkopen te kunnen komen doen, stelt de zegsman. „Zelfs het maximumaantal bezoekers per vierkante meter is in dat protocol vastgelegd. Het was in de bewuste periode vorig jaar duidelijk te zien dat het aantal coronabesmettingen door winkelbezoek niet toenam.”

Veenbrand

Te Grotenhuis weet dat in buurlanden zoals Duitsland en België de winkels wél open zijn. Wat hem betreft volgt Nederland dit voorbeeld. „We hopen dat de ogen opengaan. Op dit moment is er een veenbrand gaande die echt snel moet worden geblust. Want als er daadwerkelijk veel faillissementen komen, kan dat de maatschappij veel geld gaan kosten.”