Extra woningen sneller gebouwd met bijdrage van overheid
Met extra geld van het kabinet kunnen nog eens bijna 45.000 nieuwe woningen versneld worden gebouwd, meldt minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) aan de Tweede Kamer. Het gaat om dertig projecten verspreid over het land, die zijn goedgekeurd door een speciale commissie. Het kost 266 miljoen euro wat komt uit een potje van 1 miljard euro dat het kabinet in 2019 had gereserveerd voor de zogeheten Woningbouwimpuls.
Bedoeling hiervan is de bouw van ‘betaalbare’ woningen te stimuleren. Twee derde van de extra huizen is bestemd voor starters en mensen met een laag of middeninkomen. De bouw moet uiterlijk in 2023 beginnen.
De nu toegekende projecten zijn volgens de minister erg verschillend. Zo gaat het in elf gevallen om de transformatie van bedrijfsterreinen en vier kantoorgebieden en worden daarnaast zeven stationsomgevingen en drie stadscentra ‘verdicht’ met de bouw van woningen.
Het gaat onder meer om de stationsomgeving in Hilversum, Leiden, Hengelo en Zwijndrecht. Den Haag scoort met drie projecten. Maar ook de tweede fase van IJburg in Amsterdam zit erbij, het Hoefkwartier in Amersfoort, de Entree in Zoetermeer en plannen in onder meer Dronten, Ede, Eindhoven, Groningen, Nijmegen en Zwolle.
In deze tweede ronde van de regeling werden eind vorig jaar 53 projectaanvragen ingediend, waarvan er na toetsing 23 afvielen. Volgens Ollongren maken afgewezen voorstellen mogelijk in de volgende tranche alsnog kans als ze worden aangepast. Ze zal daarover met de gemeenten in overleg gaan. Voor de derde ronde is nog ongeveer 250 miljoen euro over.
In Nederland bestaat een flink woningtekort. Dat is de afgelopen jaren verder toegenomen, ondanks de bouw van gemiddeld 75.000 nieuwe woningen per jaar tussen 2016 en 2019.