Van de Kamp: Reformatie Bremen geen plotselinge breuk met verleden
De Reformatie was geen plotselinge breuk met het verleden, maar een langzame overgang. Dat concludeert dr. Jan van de Kamp op basis van de notities die burgemeester Daniel von Büren sr. van Bremen over de periode 1490-1525 maakte.
Burgemeester Von Büren (1460-1541) was een invloedrijk man. Zo’n 35 jaar lang hield hij nauwkeurig aantekeningen bij van gebeurtenissen in de Noord-Duitse stad Bremen. „Die schreef hij op in een soort logboek, kroniek”, zegt Van de Kamp. „Er zijn uit deze tijd niet zo veel van dit soort egodocumenten, waarin iemand opschrijft wat hij meemaakt en soms erbij schrijft wat hij ervan vindt. Het is daarmee een unieke bron.” Van de Kamp is als docent verbonden aan het Hersteld Hervormd Seminarium van de Vrije Universiteit Amsterdam en als onderzoeker aan het Research Center Puritanism and Piety (ReCePP). Samen met de Bremer archivaris Adolf E. Hofmeister verzorgde hij de recent verschenen uitgave (uitg. Staatsarchiv Bremen) van het logboek.
De aantekeningen gaan over de periode waarin de Reformatie in Duitsland plaatsvond. „Ze geven daardoor schitterende inkijkjes in de overgang van de late middeleeuwen naar de Reformatie, en wat dat betekende voor een stad als Bremen.”
De aantekeningen laten zien dat er in de Hanzestad niet zomaar opeens een kritische houding ontstond tegenover de kerk van Rome. Van de Kamp: „Er was in de tijd van Von Büren aan de ene kant een bloeiend godsdienstig leven. Er waren missen voor overledenen, mensen moesten boete doen vanwege zonden. In 1503 doet de Bremer burgemeester verslag van de komst van een aflaatprediker. Die wordt enthousiast ontvangen. Aan de andere kant is de burgemeester ook kritisch over de neveneffecten van de aflaathandel: er verdwijnt steeds meer geld uit Bremen naar Rome. En in die kritiek staat hij niet alleen. Zo schrijft hij in 1523 dat de burgers een oproep doen aan de raad om in te grijpen. Zij beklagen zich over de geestelijken die het te veel over goede werken hebben. Ook zijn die ontevreden over de macht van de kerk.”
Van Zutphen
Een belangrijk moment voor Bremen is het verblijf van Hendrik van Zutphen in de stad in 1523, zegt Van de Kamp. „Van Zutphen moest vanwege de vervolging vluchten uit Antwerpen en wilde naar Luther in Wittenberg. In Bremen wisten ze hem –in de goede zin van het woord– enige tijd vast te houden. Dat verblijf heeft veel in gang gezet. Hij kreeg ruimte om te preken.”
Dit was een spannende periode voor de stad, omdat de aartsbisschop fel tegen Van Zutphens prediking was. „De raad van de stad en de aartsbisschop stonden tegenover elkaar. Het stadsbestuur handelde strategisch, maar hield ook voet bij stuk en bepaalde in 1524 dat afzonderlijke gemeenten een eigen predikant mochten aanstellen. Diens prediking mochten ze beoordelen met louter Gods Woord als maatstaf. Dat was een breuk met het verleden.”
Het verblijf van Van Zutphen in Bremen laat ook zien dat de Reformatie zich niet alleen vanuit Duitsland verspreidde naar de Nederlanden, zegt Van de Kamp. „Hier zien we dat Van Zutphen de ideeën van de Reformatie uit Antwerpen naar Bremen meebracht.”
Het logboek van de burgemeester is door Van de Kamp nu voor het eerst in zijn geheel vanuit het oude handschrift overgezet – getranscribeerd, in het Nederduits. „Dat lijkt erg op het Nederlands.”
Hofmeister en Van de Kamp voorzagen de uitgave van een inleiding en toelichtende voetnoten. Van de Kamp kon eraan werken toen hij van 2013 tot 2017 aan de universiteit van Bremen onderzoek deed.