Schelden op Joden op Duitse scholen wordt gebagatelliseerd
„Du Jude” is als scheldwoord wijdverbreid op Duitse scholen. Daar vallen vreselijke verwensingen als „du Judenschwein” of „du Scheiss-jude.” Hoe ervaren Joodse scholieren en leerkrachten dit dagelijkse antisemitisme?
In de jaren 2017-2019 nam professor Julia Bernstein (Universiteit Frankfurt) met haar team 251 interviews af bij Joodse scholieren, hun ouders en zowel Joodse als niet-Joodse leerkrachten op 171 Duitse scholen, om antisemitisme op scholen te beschrijven en te analyseren.
Het onderzoeksbeeld is ronduit schokkend: bedreigingen, stigmatisering en geweld horen tot het dagelijkse schoolleven van Joodse leerlingen en leerkrachten in Duitsland. Jodenhaat betreft alle onderwijsvormen en maatschappelijke groepen, stelt Bernstein. Zij spreekt ook over een ”detaboeïsering”, een ontremming, die ze uit de gesprekken destilleerde: Hitlergroeten, hakenkruizen en Holocaustgrappen zijn aan de orde van de schooldag.
Door angst verlamd
Dat roept de vraag op: Hoe voelt het voor een Joodse scholier(e) of een Joodse leraar/lerares wanneer:
- een leerling je als lerares toeschreeuwt: „Du Jüdin! Du bist Jude”, maar de schooldirecteur met het argument „Je bént toch Jodin, wat is het probleem?” weigert hem te schorsen?
- De geschiedenisleraar na een les over de Holocaust zegt: „En nu, durf allen op te staan die Joden zijn!”, en je dan in de klas zit, je niet beweegt, door angst verlamd bent en alleen maar hoopt dat je vriendin niet zegt dat je Joods bent?
- Als je in de bus hoort zeggen: „bis zum Vergasen”, omdat het benauwend heet is en niemand reageert en je bij jezelf denkt: „Stoort dat alleen mij? Wat doe ik hier? Ze hebben niets begrepen”? En als je daarop terugkomt, heet het dat die woorden niets te maken hebben met de Holocaust. Terwijl je echter de zin „Ze hebben vergeten je te vergassen” al vaak in je leven hebt gehoord.
- Je als Joodse lerares je tot de schoolleiding wendt met het verzoek iets te doen tegen een hakenkruis op het schoolbord, maar de schoolleider daar vooral „geen zaak” van wenst te maken? Of wanneer vervolgens een leerlinge je vraagt: „Bent u Joods? Onze klassenleraar heeft ons gezegd dat u zo reageert omdat u een Jodin bent”?
Tussen haakjes: antisemitisme op Duitse scholen is pas de laatste jaren (sinds 2017) vooral in de openbaarheid gekomen door berichtgeving in de media na herhaalde aanvallen op Joodse scholieren. Echter, voor Joodse scholieren en leerkrachten is antisemitisme allang een probleem waarmee zij regelmatig worden geconfronteerd. Dikwijls komt het voor dat hun klasgenoten en leraren dat niet waarnemen, in het bijzonder is dat het geval in situaties waarin men Jodenhaat uit met betrekking tot de staat Israël.
Tegen de achtergrond van het publieke taboe op antisemitisme maken verwijzingen naar het Midden-Oostenconflict het mogelijk Joden in het openbaar te kleineren en, erger nog, te demoniseren. Dat gebeurt dan onder de schijn van ”Israelkritik” (kritiek op het handelen van de Joodse staat in het Midden-Oostenconflict). „Vaak heet het dan dat er zou worden geoordeeld over Israël, maar niet over Joden en Jodendom”, licht Julia Bernstein toe.
Maar net zoals in het antisemitische wereldbeeld Joden worden veroordeeld, wordt ook het Midden-Oostenconflict een kristallisatiepunt van antisemitische projecties en verbeeldingen. Ongeacht hoe Israël in een specifieke situatie handelt, immer geldt de Joodse staat in de dagelijkse perceptie als ”agressor” en ”oorzaak” van het conflict. Israël belichaamt in deze antisemitische denkwijze het ”boze”, de ”onderdrukker” van het ”goede”, de Palestijnen of de moslims.
De bevindingen van Bernstein leiden tot een duidelijke conclusie: het aan Israël opgehangen antisemitisme (”israelbezogener Antisemitismus”) is wijdverbreid en vormt een wezenlijke dimensie van het antisemitismeprobleem op Duitse scholen.
Vijandbeelden
Hoe manifesteert zich dat concreet in het Duitse onderwijs? Enkele praktijkvoorbeelden, het topje van de spreekwoordelijke ijsberg: Heel vulgair kreeg een Joodse leerling het verwijt: „Jullie Joden maken er in het Midden-Oosten een stronttroep van!” Ter duiding: vaak worden Joodse scholieren, ongeacht hun staatsburgerschap of eigen overtuiging, door medescholieren als vertegenwoordigers van Israël gezien en daarom vijandelijk bejegend, beledigd en ook fysiek belaagd.
Een tweede voorbeeld: Een scholier voegt zijn Joodse klasgenootje tijdens biologieles toe: „Jullie Joden zijn toch stront, kijk maar naar Israël, daar eten soldaten kinderen op.” De knaap beriep zich voor zijn kwetsende opmerking op Turkse nieuwsberichten. Ter duiding: bij scholieren vloeit de antisemitische demonisering vaak voort uit de overdracht van lang bestaande vijandbeelden. Vooral de middeleeuwse rituele-moordlegende keert terug in het Midden-Oostenconflict als aangepast fantasma (hersenschim) van de ”kindermoord”. Onder Duitse scholieren is deze bizarre, abjecte antisemitische leugen populair.
Een ‘begripvolle’ Duitse docente die beweert dat er een ”nichtantisemitische Judenfeindschaft” bestaat, maakt het heel bont. Zij staaft dat onder verwijzing naar een leerlinge die uit Palestina komt: „Het is toch duidelijk dat zij uit totaal andere motieven wat tegen Joden heeft. Die houdt natuurlijk niet van Joden.”
In Duitsland staat antisemitisme op school dankzij gewetensvol onderzoek op de publieke en politieke agenda. Nu Nederland nog! Het Nieuw Israëlitisch Nieuwsblad doet onderzoek en kondigde publicatie aan. Wie volgt?!
De auteur is historicus.