Russische dreiging met verlenging START-verdrag niet van de baan
Rusland en de Verenigde Staten hebben woensdag het verdrag verlengd dat het aantal kernwapens van beide grootmachten moet beperken. Dat was op het nippertje, want de bestaande afspraken zouden vrijdag verlopen.
In het zogenoemde Nieuwe START-verdrag leggen Moskou en Washington zich opnieuw voor vijf jaar vast om het arsenaal aan strategische atoomwapens te bevriezen. Het gaat daarbij niet alleen om de hoeveelheid kernkoppen en -raketten, maar ook om het aantal langeafstandsbommenwerpers dat een nucleaire lading kan vervoeren.
Volgens het verdrag mogen beide landen over maximaal 1550 strategische kernkoppen beschikken, samen nog altijd goed voor zo’n 90 procent van het wereldwijd aanwezige nucleaire wapentuig. En bij elkaar een afschrikwekkende hoeveelheid, waarmee men de wereld in theorie talloze malen kan vernietigen.
Het venijn van het atoomarsenaal zit trouwens nog niets eens in de hoeveelheid, maar vooral in de vernietigende kracht ervan. De afgelopen jaren hebben de VS en Rusland ambitieuze projecten gelanceerd om hun nucleaire wapens te moderniseren en zijn er proeven gedaan met nieuwe projectielen die het oude oorlogstuig ver in de schaduw stellen. En op conventioneel gebied zijn inmiddels bijvoorbeeld thermobarische explosieven ontwikkeld die nauwelijks voor een atoombom onderdoen.
Desondanks is het altijd goed dat er afspraken over wapenbeheersing worden gemaakt. En al helemaal tussen landen die een dergelijke vernietigende capaciteit bezitten. De NAVO verwelkomde de stap woensdag dan ook met instemming. De verlenging van de afspraken is goed voor de internationale stabiliteit en kan helpen om een desastreuze oorlog te voorkomen, aldus de verdragsorganisatie.
Tegelijkertijd waarschuwde de NAVO dat hiermee de dreiging die van Rusland uitgaat, bepaald niet van de baan is en dat zij de bewegingen van Moskou nauwlettend in de gaten houdt. Het bondgenootschap heeft leergeld betaald, onder andere met de Russische inmenging in Oost-Oekraïne en de inlijving van de Krim. De inzet van Russische conventionele militaire middelen aan Europa’s grenzen –en elders in de wereld– geeft al genoeg reden tot zorg.
Overigens gaat de grootste dreiging op dit moment nog altijd uit van dubieuze regimes en terroristische organisaties die de beschikking over kernwapens of afgeleiden daarvan krijgen. Wat dat betreft is het minstens zo belangrijk goede afspraken te maken over het indammen van de nucleaire ambities van Iran en over de bewaking van radioactief materiaal in de voormalige Sovjetstaten.
Het is te hopen dat Washington en Moskou ook op dat gebied de handen ineenslaan. Wellicht is de verlenging van het START-verdrag een goede eerste aanzet voor verder overleg.