Harde kritiek op Deense vertaalwet voor religies
Het gebeurt weinig dat een Deense wet zoveel internationale aandacht trekt. Zeker als de kerken ook nog eens samen optrekken met de mensenrechtenbeweging.
De Deense premier Mette Frederiksen dacht een oplossing te hebben voor imams die in het Arabisch schelden op Joden en homo’s. Gewoon een plicht om van elke niet-Deense preek een vertaling te geven. Dit zou de „transparantie van het religieuze gebeuren” versterken, zei ze. Bovendien zou ze hiermee voldoen aan haar belofte om de radicale islam harder te bestrijden.
Het wetsvoorstel zou deze maand komen, maar wordt vermoedelijk uitgesteld. „Ik krijg de indruk dat de regering niet heeft overzien wat de reactie zou zijn. Nu werkt het averechts uit”, aldus prof. Tim Knudsen zaterdag in het Deense Kristeligt Dagblad. „Het zou me niet verbazen als de wet er niet komt.”
De plannen van de regering zouden namelijk niet alleen moslims raken (met 270.000 mensen 4,6 procent van de bevolking), maar ook vele anderen. Om te beginnen de lutherse kerk in Noord-Sleeswijk. Tot 1864 behoorde Sleeswijk tot de Duitse Bond. Tegenwoordig is de regio verdeeld over Duitsland en Denemarken. Maar in Noord-Sleeswijk is Duits nog altijd een gangbare taal. De Evangelische Kirche van Noord-Duitsland heeft enkele gemeenten in die Deense regio. De Duitssprekenden daar zijn er trots op dat ze de „erfenis van de Reformatie” in de taal van Luther blijven doorgeven.
Een bijkomstige factor is dat Duitsland en Denemarken in 1955 afspraken dat het gebruik van Duits en Deens door minderheden in beide landen geen probleem zou zijn.
Antwoord
Ook voor andere taalgroepen in Denemarken bestaat onduidelijkheid. De premier heeft nog geen antwoord gegeven op de vraag of er een uitzondering komt voor Groenland en de Faeröereilanden.
Negatieve reacties kwamen zo’n beetje uit alle kerken. De Deense Raad van Kerken noemde de voorgenomen wet „ondoordacht en discriminerend.” De wet zou neerkomen op „onderscheid maken op grond van taal”; alleen zij die niet in het Deens preken, moeten een vertaling overleggen.
Ook de anglicaanse bisschop Robert Innes reageerde. Die heeft zijn zetel in Gibraltar, maar is verantwoordelijk voor alle anglicaanse kerken in Europa. Hij vindt dat Denemarken met deze wet een „slecht voorbeeld” laat zien, waar religieuze vrijheid geldt als bedreiging voor andere vrijheden en waar gelovigen „met groeiend wantrouwen” worden bejegend.
Volgens Innes past dat in een trend in Europa. In Zwitserland mogen buitenlandse geestelijken alleen voltijds werken, omdat de overheid bang is dat ze de rest van hun tijd kwaad bedenken. En in Frankrijk moeten ze regelmatig hun accounts laten doorlichten, uit angst voor hun digitale activiteiten, aldus Innes.
Verbonden
Ook de rooms-katholieke bisschoppenconferentie in Europa waarschuwt voor een „groeiende trend tegen religieuze vrijheid in Europa.” Volgens deze bisschoppen raakt dit de hele samenleving, niet alleen godsdienstige mensen, omdat de „vrijheden allemaal onderling samenhangen.”