Inflatie eurozone schiet omhoog
De inflatie in de eurozone is in januari fors toegenomen, meldt het Europese statistiekbureau Eurostat op basis van voorlopige cijfers. Voor het eerst in maanden was de geldontwaarding niet negatief. Daarbij speelt de toegenomen inflatie in Duitsland, waar een tijdelijke verlaging van de btw eind vorig jaar afliep, een belangrijke rol. Ook de uitgestelde uitverkopen in verschillende landen had invloed. Verder ging vooral de prijs van voedsel, alcohol en tabak omhoog.
De inflatie kwam uit op 0,9 procent, waar dat de vier voorgaande maanden nog min 0,3 procent was. In januari vorig jaar was de inflatie nog 1,4 procent.
De kerninflatie, zonder de invloed van de sterk schommelende prijzen voor energie en levens- en genotsmiddelen, bedroeg in januari 1,4 procent. Daarmee kwam die op de hoogste stand in vijf jaar.
In Griekenland was de inflatie nog sterk negatief op min 2,3 procent. De hoogste inflatie werd in Nederland gemeten, waar de geldontwaarding 1,7 procent bedroeg. In Duitsland kwam de inflatie uit op 1,6 procent.
Volgens economen van ING zal de inflatie de komende tijd nog wel beïnvloed blijven worden door tijdelijke effecten. Als sectoren die nu last hebben van coronamaatregelen, zoals winkels, toerisme en evenementen, weer normaal kunnen draaien kan er pas weer een volledig beeld worden gegeven hoe de inflatie er nu echt voor staat.
De inflatie kan op korte termijn dan wel stevig stijgen, op de middellange termijn blijft de prijsdruk zeer beperkt. Minder sterke loonstijging en toenemende werkloosheid, die dit jaar worden verwacht, hebben bovendien een drukkend effect op de inflatie.