Noord-Ierland is nog geen eurozone
Aan de grens tussen Ierland en Noord-Ierland wordt vanaf begin januari een nieuwe strijd gestreden. Tientallen jaren was de scheiding vooral een slagveld voor republikeinen en unionisten. Na de invoering van de euro in de Ierse republiek is het ook de enige landgrens die het Verenigd Koninkrijk heeft met de eurozone.
Newry is een klein stadje aan de grens van de Ierse republiek en Noord-Ierland. De middenstand in Newry werkt al jaren met twee munten: het Britse pond sterling en het Ierse pond. In januari gingen er drie valuta over de toonbank: sterling, Iers pond en euro. Maar inmiddels is het Ierse pond verdwenen en lijkt alles weer terug bij het oude. Men betaalt 61 cent voor een euro, en dat is het.
Toch houden tegenstanders van de euro plaatsen als Newry scherp in de gaten. Eind vorig jaar voorspelden deskundigen dat het Britse anti-eurobeleid vanuit Noord-Ierland zou worden ondergraven. Door de handel met de Ierse republiek zou de euro vanzelf het Britse rijk binnensijpelen, zonder dat Tony Blair een lastige campagne voor een euroreferendum zou hoeven te voeren.
Dr. Madsen Pirie van het Adam Smith Institute zei in deze krant dat hij in heel Groot-Brittannië al „twee valuta naast elkaar” zag ontstaan. „Kijkt men nu in Engeland soms vreemd op van Schotse ponden, de euro zal een heel normaal betaalmiddel worden”, aldus Pirie in december. En dat zou voornamelijk komen door de handel tussen Ierland en Noord-Ierland. De vraag is of daar na een paar euromaanden al iets van te zien is.
”Pay in Euro”, schreeuwt een bord in het winkelcentrum van Newry. De oproep krijgt weinig gehoor. Zo weinig zelfs, dat de Abbey National Bank alleen nog maar Britse ponden kent. En de bedienden van de Shop Electric zouden wel in euro’s willen handelen, maar er komt bijna niemand mee. „Twee euroklanten per week is veel.”
Ook juwelier Ferris zou graag meer euro’s in zijn kassa krijgen, maar er komt niets binnen. „Eerder kregen we ook weinig in Ierse ponden. Ik vermoed dat klanten in deze streek zelf met twee munten werken.”
Bij Louis Boyd-mannenmode stromen er meer euro’s binnen, zegt de manager. „De handel in euro’s groeit. We deden vroeger 30 procent in Ierse ponden, tegenover 5 tot 10 procent in euro’s nu. Ik denk dat iedereen moet wennen.”
Helemaal eurovriendelijk is de Edinburgh Woollen Mill op het plein in hartje Newry. Manager Colin McFee geeft de Ierse klanten zelfs 71 in plaats van de gebruikelijke 61 cent voor een euro, om hen te stimuleren vaker te komen. „Dat deden we vroeger met het Ierse pond ook al. Door de week is 20 procent van onze klanten van over de grens, op zaterdag 30 procent. Voor Newry is dat heel hoog.”
McFee gelooft niet dat het gebruik van de euro in Noord-Ierland het Britse beleid zal beïnvloeden. „Westminster wil koste wat het kost de koningin op de munt houden. Een nationaal symbool zoals de euro nu heeft, vindt men niet genoeg. Een klein grensplaatsje in Ulster kan tegen die vastberadenheid niet op.”
Michael Maxwell is coördinator van het Noord-Ierse Euro-Platform in Belfast. Vanaf 1998 is hij al bezig bedrijven voor te bereiden op de komst van de euro. „Groot-Brittannië ligt dan wel buiten de eurozone, onze bedrijven drijven toch handel in euro’s. Vooral in Noord-Ierland is dat actueel. Onze economie is sterk verbonden met die in de republiek van Ierland.”
Maxwell heeft de indruk dat de overgang naar de euro „erg vlot” is verlopen. „Je zag wel een kleine inflatie in Ierland, maar dat was verwacht. Uiteraard proberen bedrijven in grenssteden als Newry helemaal open te staan voor de euro. Grensstreken zijn door de aanwezigheid van het Ierse pond altijd al wat dubbelzinnig geweest. In de hoofdstad Belfast accepteren vooral grotere winkelcentra en hotels de euro. De aanvaarding van de euro is in Belfast trouwens veel groter dan die van het Ierse pond.”
De Noord-Ierse eurocoördinator glimlacht als hij hoort van de eurosceptici die voorspelden dat de euro vanuit Noord-Ierland het pond sterling om zeep zou helpen. „Noord-Ierland is daar met ongeveer 2 procent van de Britse bevolking veel te klein voor. Ook als iedereen in Noord-Ierland uitsluitend in euro’s zou werken, zou dat nog weinig invloed op het economisch beleid in Londen hebben.”
Geen paard van Troje vanuit Noord-Ierland dus. Maar wel vloeien er via Ulster de nodige euro’s het Britse rijk binnen. „In de zomervakantie gaan veel mensen naar de eurozone. De euro beperkt zich dan niet meer tot bedrijven, maar bestrijkt het grote publiek. Ook komen veel mensen uit de eurozone naar Brittannië. Dat heeft ook zijn invloed. Iedereen is razend benieuwd naar de effecten daarvan. De verwachting is dat er in Noord-Ierland meer euro’s zullen worden gebruikt dan in de rest van het land. We zijn het enige gebied dat grenst aan de eurozone. Een eerste oordeel over het effect van de euro op Noord-Ierland en op Groot-Brittannië kan pas na de zomer worden gegeven. Daarvoor is het nog te vroeg.”
Op de zaterdagmarkt in Newry neemt de banketbakker een slok van zijn dampende koffie. „Iedereen hier accepteert de euro”, zegt hij, terwijl hij zijn handen warmt aan de mok. „Velen van ons staan ook op markten in de republiek, dus we moeten wel. De eerste weken waren lastig, want toen circuleerde ook het Ierse pond nog. Inmiddels zijn we gewend en rekenen we het net zo makkelijk om als vroeger het Ierse pond.”