Wil de echte man opstaan?
Ik heb niet in militaire dienst gezeten, ben geen sporter, rook niet, drink geen alcohol en wel slappe koffie, heb twee linkerhanden, heb geen enkele interesse in auto’s evenmin als in verre reizen. Ben ik een echte man? Waaraan denkt u bij een échte man? Is dat een manager met een dikke auto en intussen zijn derde vrouw? Is een huisman, iemand die géén carrière wil maken een echte man?
Wij worden als man of vrouw geboren. Op een heel enkele uitzondering na is dat altijd duidelijk. Dat is onze sekse. Dat is een biologisch gegeven. Daar kan niemand omheen. Mannen kunnen kinderen verwekken, vrouwen kunnen ze krijgen. Naast sekse is er ook gender. Dat is het beeld van man-zijn en vrouw-zijn dat we in de opvoeding aanleren en verinnerlijken. Een jongetje wordt als man in wording opgevoed en een meisje als vrouw in wording. Daardoor gaan ze zich ook mannelijk en vrouwelijk voelen. Dat laatste gaat meestal goed, soms niet. Dan heeft iemand een mannenlichaam maar gaat zich toch vrouw voelen of andersom. Dat heet genderdysforie en krijgt in onze tijd veel aandacht.
Althans, dit is de moderne visie. Altijd door hebben we het besef van man- en vrouw-zijn gekoppeld aan de biologie. Iemand voelt zich man omdat hij man ís. Iemand voelt zich vrouw omdat zij vrouw ís. In het christelijk geloof is dat bovendien verbonden met God Die de mens naar Zijn beeld, als man en vrouw, geschapen heeft. Dat is een gave en een opgave. Beiden zijn beeld van God. Mens-zijn is het feest van man en vrouw zijn. Dus mannen en vrouwen mogen niet op elkaar neerkijken, zoals bij de heidenen gebeurde, waar vrouwen niet in tel waren. Zij vullen elkaar aan in het mens-zijn naar Gods beeld.
Ik wil deze visie niet opgeven voor de feministische feestloze benadering dat wij slechts als mens geboren worden (‘neutraal’ dus) en vervolgens in de opvoeding tot man of vrouw gemáákt worden. Dat doet tekort aan de biologie, aan een normale voorspelbare psychologische ontwikkeling en wat mij betreft dus ook aan de christelijke ethiek.
Rollen
Maar ik begrijp het feminisme wel, zeker na het lezen van Ivan Jablonka’s ”Mannen die deugen. Op zoek naar een nieuwe vorm van mannelijkheid”. Het ligt namelijk ook niet zo zwart-wit. Man- en vrouw-zijn is niet alleen gevolg van ”nature” maar ook van ”nurture”. Vaders en moeders plakken hun idee over wat echte mannen en vrouwen zijn op hun kinderen. Die visie hebben zij op hun beurt ook geleerd en wordt aangevuld door de cultuur waarin ze leven. Kinderen in Oezbekistan leren andere dingen over man- en vrouw-zijn dan kinderen in IJsland.
Godsdienst is ook een bron van man- en vrouwbeelden en bijbehorende rollen. Het christelijk geloof heeft altijd geleerd dat de man het hoofd is van de vrouw en dat zij dienstbaar moet zijn aan man en kinderen. Dat heeft gevolgen voor hoe een vrouw haar vrouw-zijn beleeft en een man zijn man-zijn en voor het gedrag dat daarbij past.
Het heilige
Orthodoxe christenen, joden en moslims verschillen niet zo veel in hun visie op man- en vrouw-zijn. Mannen leiden, voeren het woord, treden naar buiten, zorgen voor het levensonderhoud. Vrouwen volgen, moeten seksueel ontvankelijk zijn voor hun man, moeten (zo mogelijk) kinderen krijgen, zorgen voor opvoeding en het huishouden. Kortom: vrouwen zijn tot dienstbaarheid geroepen. Vrouwen mogen ook niet te dicht bij het heilige komen. Mannen ontvangen en bestuderen Gods Woord en geven dat door. Vrouwen luisteren.
Die christelijke visie heeft de westerse cultuur gestempeld, maar Ivan Jablonka neemt dat de kerk niet eens kwalijk. Het probleem is breder. Al duizenden jaren is het overal op aarde hetzelfde liedje: mannen zijn de baas en vrouwen zijn ondergeschikt. Bijbel en kerk zijn volgens hem daarvan slechts één uiting. Mannen hebben vrouwen altijd gereduceerd tot drie biologisch bepaalde functies: seksueel genot geven (ongeacht of vrouwen dat zelf zo beleefden), kinderen krijgen en die voeden. Al het andere wat vrouwen mochten doen lag in het verlengde van die biologische functies. Prostituees zijn er altijd geweest, ook slavinnen die misbruikt werden.
Vrouwen mochten kinderen verzorgen. Eerst alleen binnenshuis en later buitenshuis. Ze mochten het huishoudelijk werk doen, thuis en buitenshuis. Vrouwen mochten hun man ook helpen bij de uitoefening van zíjn beroep (denk aan de boerin). Een eigen beroep hadden ze niet. Uit de biologische functies van het vrouwenlichaam zijn uiteindelijk geaccepteerde vrouwenberoepen voortgekomen. Maar die hadden heel lang met dienen of voeden of opvoeden te maken, zoals ziekenzorg en onderwijs. In veel vrouwenberoepen hebben dan toch nog weer vaak de mannen de leiding. Mannenberoepen waren en zijn nog steeds voor veel vrouwen onbereikbaar.
Onderdrukking
Deze patriarchale kijk op man- en vrouw-zijn heeft veel onderdrukking opgeleverd voor vrouwen. Vrouwen kregen niet dezelfde rechten als mannen en mochten geen eigen keuzes maken. Dus ze kregen ook niet dezelfde kansen. En het huwelijk met een verplichting tot zorg voor kinderen en het huishouden werd en wordt door veel vrouwen wereldwijd als beknellend ervaren. Bovendien wordt nog steeds veel in de samenleving bewust of onbewust vanuit mannenperspectief bekeken en geregeld.
In een door mannen gedomineerde samenleving lopen veel mannen rond die grenzen van vrouwen overschrijden. Dat is in sommige niet-westerse landen duidelijk. Denk aan de straffeloze verkrachtingen in veel Aziatische landen. In het Westen is het bijna onopgemerkt niet anders. Dat is duidelijk gemaakt door de Me Too-beweging van de laatste jaren. Mannen hebben privileges of menen ze te hebben die vrouwen schaden. En wereldwijd is het patroon: als vrouwen daarover klagen worden ze nauwelijks serieus genomen. Dus gaan ze zwijgen. Zelfs rechtbanken hebben de neiging om mannen bij voorbaat serieuzer te nemen, als vrouwen een klacht indienen. Over deze thema’s schrijft Kate Manne in ”Man & macht. Hoe mannelijk privilege vrouwen schaadt”.
Vrouwenrechten
Wereldwijd wordt door overheden en grote internationale instellingen (zoals de WHO) druk uitgeoefend om vrouwenrechten te bevorderen. Het recht op abortus en gendergelijkheid zijn daarbij een speerpunt. We zien ook in sommige landen daar verzet tegen opkomen. Denk aan de landen in Oost-Europa en Arabische landen. Let op: die worden vanuit de patriarchale kijk op de wereld geregeerd. Mannelijk, militaristisch, nationalistisch met een afkeer van het liberale Westen.
In sommige westerse landen zijn ook weer macholeiders opgestaan die met hun dominante gedrag (ook tegenover vrouwen) makkelijk wegkomen. Volgens Manne en Jablonka zijn ook de moderne landen nog steeds veel te mannelijk. En dat schaadt uiteindelijk ook de mannen zelf. Waar alles draait om stoeremannenidealen –carrière maken, geld verdienen, leiding willen geven, de concurrent overtroeven, vrouwen versieren, avonturen beleven, geen gevoel tonen– gaan ook veel mannen eraan onderdoor. Die krijgen psychische problemen en gaan zich losers voelen en gedrag vertonen dat daarbij past, zoals alcoholisme, criminaliteit.
Hoe gaan we verder als mannen en vrouwen?
De Me Too-beweging heeft mijn sympathie. Mannen vertonen te vaak grensoverschrijdend, respectloos gedrag tegenover vrouwen in woorden en daden. Een land waar vrouwen niet veilig over straat durven gaan in het donker, is een inhumaan land. Relaties waarin mannen respectloos seks van hun vrouwen eisen zijn geen goede relaties.
Het feminisme heeft deels ook mijn sympathie. Volgens mij worden de meeste problemen in de wereld door mannen veroorzaakt. En al die mannenoorlogen hebben die ook niet opgelost. Ik heb nooit begrepen waarom vrouwen omdat ze vrouw zijn minder rechten of kansen zouden moeten krijgen. Misschien komt dat wel doordat ik een moeder had met goede hersens die niet mocht leren van haar vader en tot haar verdriet op haar dertiende jaar dienstbode moest worden.
De verhalen van Jablonka hebben echter niet mijn sympathie. Die zijn mij te ideologisch. Zijn oplossing is dat er gendergelijkheid moet komen. En dat moet wereldwijd gepropageerd worden. Kinderen moeten sekseneutraal opgevoed worden, waardoor jongens als vanzelf dingen gaan doen die nu typisch vrouwelijk gevonden worden en meisjes als vanzelf dingen gaan doen die nu nog typisch mannelijk gevonden worden. Alle patriarchale structuren moeten bestormd worden.
Jablonka denkt ook voortdurend aan de individuele vrijheid die alle mensen moeten nastreven. Dat is egocentrisch. Ook moderne mannen en vrouwen zijn mensen in een gemeenschap waarin niet alle individuele wensen waargemaakt kunnen worden. Jablonka denkt niet na over wat de schade kan zijn van een sekseneutrale opvoeding omdat bij voorbaat zijn uitkomst bereikt moet worden.
Sovjet-Unie
Vrouwenemancipatie kan ik waarderen als het gaat over gelijke rechten en mogelijkheden voor mannen en vrouwen. Mannen en vrouwen kunnen elkaar tot zegen zijn als ze elkaar aanvullen in veel maatschappelijke verbanden. (Hadden er in het politbureau van de Sovjet-Unie maar vrouwen gezeten, dan was de Koude Oorlog anders verlopen, denk ik weleens.)
Als ik om mij heen kijk, delen wij ook in christelijk Nederland bijna allemaal deze visie. We vinden het goed dat ook meisjes opgeleid worden voor goede banen. Alleen komen we thuis daarmee soms knel te zitten als het gaat over de opvoeding van de kinderen. En in sommige kerken ontstaat ook een probleem omdat goed opgeleide vrouwen het steeds vreemder gaan vinden dat ze in die kerken geen ambt mogen bekleden.
Over de opvoeding thuis zegt Jablonka aardige dingen: laten man en vrouw opvoeding en huishouden samen doen en daar zo mogelijk hun werkbelasting op afstemmen. Als ik dat lees bedenk ik dat dat waarschijnlijk in veel landen nog steeds niet het geval is. In Nederland zijn we volgens mij al vrij ver daarin (ik hoor vrouwen al zuchten dat dat nog tegenvalt). En ik glimlach als ik zijn voorbeelden lees van wat geëmancipeerde mannen zijn. Dan lijkt het dat hij het over mij heeft.
Jablonka wil van de machoman af. Van de báás in huis of op straat of in het bedrijf of het land. Akkoord. Dat wist ik al. De man die het hoofd is, is alleen maar hoofd naar het beeld van Christus, als hij dat op een dienende manier is. Zo wil ik inderdaad best geëmancipeerd zijn.
Boekgegevens
Man & macht. Hoe mannelijk privilege vrouwen schaadt, Kate Manne; uitg. Atlas Contact; 262 blz.; € 22,99 Mannen die deugen. Op zoek naar een nieuwe vorm van mannelijkheid, Ivan Jablonka; uitg. Prometheus; 423 blz.; € 29,99