„Ontneem Lubbers status van diplomaat”
De diplomatieke onschendbaarheid van VN-vluchtelingencommissaris Ruud Lubbers moet worden opgeheven, zodat er een strafrechtelijk onderzoek kan komen naar de beschuldiging van seksuele intimidatie die een vrouwelijk lid van zijn staf in Genève tegen hem heeft geuit. De advocaat van de vrouw die Lubbers beschuldigt, Edward Patrick Flaherty, heeft dat gisteren gezegd.
Flaherty heeft de Amerikaanse en Zwitserse autoriteiten inmiddels om opheffing van de juridische onschendbaarheid van de oud-premier gevraagd. De zaak, die dateert uit december, moet in Nederland, Zwitserland of de Verenigde Staten voor de rechter komen, aldus de jurist. Wordt de zaak namelijk aan de Verenigde Naties overgelaten, dan gaan er zo vier of vijf jaar overheen voor er een uitspraak is, stelt Flaherty.
De klacht over seksuele intimidatie werd in april ingediend door een Amerikaanse vrouw van 51 met meer dan twintig dienstjaren bij de VN-vluchtelingendienst UNHCR. Zij beweert in december onzedelijk te zijn betast door Lubbers na afloop van besprekingen, waarbij ook vijf andere stafleden aanwezig waren. Lubbers heeft steeds ontkend iets te hebben misdaan, al geeft hij toe een „vriendschappelijk gebaar” in de richting van de vrouw te hebben gemaakt dat verkeerd viel. Volgens de krant New York Times kwam dat gebaar neer op het betasten van haar billen.
Secretaris-generaal Kofi Annan van de VN verklaarde afgelopen zomer dat de beschuldiging van de vrouw niet te bewijzen valt. Hij ging daarmee voorbij aan een rapport van het VN-departement voor Interne Controle. Dat concludeerde dat in de tegen Lubbers geuite beschuldigingen een kern van waarheid zit. De onderzoekers adviseerden Annan „de nodige maatregelen” te treffen tegen de commissaris, maar Annan negeerde dat advies. Advocaat Edward Flaherty noemde dat reden te meer om diens oordeel aan te vechten.
De Amerikaanse VN-medewerkster is in beroep gegaan tegen de beslissing van secretaris-generaal Annan. Dat heeft advocaat Flaherty gisteren gemeld. Het beroep was al aangetekend op 18 oktober, tien dagen voordat bekend werd dat het Bureau voor Intern Toezicht van de VN Lubbers wel degelijk schuldig achtte.
De zaak gaat nu naar de Joint Appeals Board in Genève. Deze vijfkoppige jury heeft zo’n grote achterstand in het werk, dat het volgens de advocaat wel twee of drie jaar kan duren voordat er een conclusie is. Daarna is nog beroep mogelijk bij een hoger VN-tribunaal, zodat de hele zaak vier tot vijf jaar kan kosten.