„Vooral in de eerste jaren voegen wij waarde toe”, aldus drs. W. E. van den Brandt, een van de directeuren van het fonds.

Van den Brandt (ex-Baan, ex-Logica) spreekt graag van ”seadcapital”. „Net als een zaaier. Een deel van het zaad, in ons geval het kapitaal, haalt het niet. Dat betekent dat een starter voortijdig moet stoppen. In dat geval vinden wij het beter dat hij op een nette manier stopt en geen bende achterlaat.”

Samen met D. Blom (onder meer ex-directeur van Planet Internet) voert Van den Brandt de directie over de SPF BV. Tijdens het uiteenspatten van de internetzeepbel werd de stichting Silicon Polder Fund omgezet in een besloten vennootschap, met nieuwe aandeelhouders en een raad van commissarissen. „Voor die tijd werden er leningen verstrekt zonder conversiemogelijkheden in aandelen, tegen een aangename rente en met een geconditioneerde terugbetaling. Dan krijg je altijd minder terug dan je erin instopt”, zo verklaart de directeur de zakelijke aanpassing.

Toch is hij vol lof over de oprichter, Paul Baan, ook anno 2004 in het doorgestarte SPF met zijn Noaber Foundation een belangrijke geldschieter. „Van de 22 bedrijven uit die eerste tijd hebben het er wel 14 of 15 gered. Een groot deel van de leningen is of wordt terugbetaald. Naast Van den Brandt, Blom, Baan en de oude stichting zijn ook een ”informal investor” en twee andere bedrijven toegetreden tot het fonds. Een uit het oliecircuit en eentje uit de beurswereld.”

Nog maar enkele jaren geleden bevond SPF zich te midden van geruchtmakende investeringsvehikels als Newconomy, Twinning Network en Gorilla Park. Zij en vele andere concurrenten hebben in de periode daarna hun deuren gesloten of houden zich niet meer bezig met het verstrekken van geld aan beginnende ict-ondernemingen. Het uiteenspatten van de ict-zeepbel in 2000 en de gestaag afglijdende beurskoersen in de jaren daarna deed vele durfkapitaalverstrekkers van het toneel verdwijnen.

Ook het SPF maakte moeilijke jaren mee, weet Van den Brandt, die samen met Blom in 2001 het roer overnam. „Wie wilde er, na de dotcom-crisis investeren? Iedereen hield de boot af.” Vanaf 2002 richtte het tweetal zich op jonge bedrijven die nieuwe softwareproducten voor de zakelijke markt ontwikkelen. Van de Brandt: „Daarmee wisten we ons te onderscheiden van anderen. Geen spelletjes, geen spullen voor thuis, geen dienstverlening.”

Ook biedt het Silicon Polder Fund „meer dan geld.” Er is tijdens workshops in Lunteren de afgelopen jaren vooral veel aandacht besteed aan de wijze waarop de jonge ondernemer zijn of haar producten moet verkopen. In samenwerking met ICT-Nederland en het ministerie van Economische Zaken worden ook gezamenlijke bijeenkomsten belegd.

„Je bent geruime tijd bezig met het vervaardigen van een nieuw softwareproduct. Het is dan belangrijk tijdens de ontwikkelingsfase te beginnen met de commerciële voorbereidingen. Verder wijzen wij de ondernemer erop dat hij de kosten in de gaten moet houden.” De tijd dat SPF enthousiaste starters met leningen hielp vanaf de fase van de tekentafel is voorbij. „We kijken nu nadrukkelijk of er al iets is gebeurd. Betreft het een gedreven ondernemer, onderscheidt het product zich van andere en is er een goed plan?”

In oktober 2002 startte de BV met een fondsomvang van 12,5 miljoen euro. Als Van de Brandt terugblikt is hij „niet ontevreden.” SPF begeleidt een handjevol bedrijven met namen als Blue Polar, Textinfo, Logistix, Answerweb en Ecosystems. Kleine ondernemingen met een personeelsaantal dat meestal niet boven de tien uitstijgt. Het fonds verstrekt maximaal 100.000 euro voor de aanloopkosten en maximaal 5 ton voor de expansiefase.

Naar verwachting zal het aantal te helpen starters binnen een jaar zijn verdubbeld. „Er is duidelijk sprake van een opleving in de ict-branche”, merkt de fondsdirecteur. Maar hij waarschuwt voor een al te groot optimisme. „Het herstel is nog prenataal en niemand weet waar het naartoe gaat.”

Silicon Polder Fund ontvangt voor alle financiële steun en adviezen converteerbare aandelen in het nieuwe bedrijf. „Geen meerderheid, want we willen de ondernemer niet voor de voeten lopen. Daar wordt hij lui van”, lacht Van de Brandt.

Welke van de bedrijven zal uitgroeien tot een middel(grote) onderneming, weet hij niet. „Daarvoor is het nog te vroeg. Maar ik heb wel een goed gevoel bij het rendement.”