Flexwerkers hebben een veel grotere kans om werkloos te worden dan vaste werknemers, waarschuwen deskundigen bij de centrale bank. Dat geldt vooral voor uitzendkrachten. Daardoor is het risico groter dat zij straks een WW-uitkering moeten krijgen.

Het kabinet heeft met de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) al een eerste stap naar een evenwichtigere arbeidsmarkt genomen, erkent DNB. In de wet staat onder andere dat bedrijven een hogere WW-premie voor flexibel werk gaan betalen. Maar deze premie dekt nog niet volledig het hoge werkloosheidsrisico van uitzendwerk, constateert de toezichthouder.

Flexwerk heeft natuurlijk zowel voor- als nadelen. Bedrijven kunnen flexwerk gebruiken om in te spelen op een wisselende vraag, als een uitgebreide proefperiode voor werknemers of om ziek personeel tijdelijk te vervangen. Maar flexwerkers hebben minder inkomenszekerheid, ontvangen lagere lonen en krijgen minder scholing en training.

Waar DNB op wijst is dat de nadelen van flexwerk nu vooral bij de sociale zekerheid en bij werknemers terechtkomen, de voordelen vooral bij bedrijven. Steeds vaker proberen werkgevers flexwerk ook in te zetten voor structurele werkzaamheden. DNB vindt het belangrijk dat de risico’s en zekerheden op de arbeidsmarkt beter worden verdeeld.

Werkgeversvereniging AWVN stelt in een reactie „dat er geen reden is voor paniek”. De werkgevers vinden een verdere WW-premieverhoging in de huidige crisistijd niet verstandig, en in hun ogen is daar ook geen reden toe. Dat de pot aan WW-premiegeld voor flexwerkers niet helemaal kostendekkend is, wordt volgens een woordvoerder gecompenseerd door andere fondsen. Zo is er juist sprake van een overschot in de pot voor arbeidsongeschiktheidsuitkeringen. Dat heft elkaar op, aldus AWVN. De zegsman geeft daarnaast aan dat er voor betere bescherming van flexwerkers ook andere maatregelen te bedenken zijn.