EU-lidstaten eens over wederzijdse erkenning sneltesten
De EU-lidstaten zijn het in principe eens geworden over wederzijdse erkenning van snelle coronatests. Het resultaat van een zogeheten antigeentest, waarbij speeksel wordt afgenomen en die binnen dertig minuten uitslag geeft, wordt dan automatisch door een EU-land geaccepteerd als de test in een andere lidstaat is uitgevoerd, bevestigen EU-bronnen.
De 27 EU-ambassadeurs bereikten overeenstemming over de kwestie aan de vooravond van de videoconferentie van de EU-leiders donderdagavond. Daar ligt onder meer het wederzijds erkennen van sneltests op tafel.
Volgens de Europese Commissie kunnen sneltests een nuttige aanvulling zijn op de zogeheten PCR-tests, waarbij met een wattenstaafje materiaal uit de neus wordt gehaald dat in een laboratorium wordt getest op besmetting met Covid-19. Dat is een langer durende maar betrouwbaardere procedure. De sneltests kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt om in bepaalde situaties een uitbraak onder controle te houden, kwetsbare groepen regelmatig te testen of als ‘toegangskaartje’ voor sport- en andere evenementen. De commissie heeft 20 miljoen sneltests aangekocht voor de lidstaten.