Dit is te lezen in het rapport dat deputaten aan de kerken hebben toegezonden (zie www.gkv.nl/deputaatschappen).

In de lijn van de vastgestelde criteria gaat het vooral om kerkliederen, aldus deputaten in een persbericht. Verder stellen zij liederen voor uit het „evangelische repertoire.”

Deputaten hebben na de synode van Zuidhorn, in 2002, verder gewerkt aan hun opdracht, schrijven zij. De materie van de kerkmuziek wordt binnen de GKV verschillend gewaardeerd, constateren deputaten. „Niet iedere kerk is overigens verplicht om van al het aangebodene gebruik te maken. Vanwege het geheel van de vrijgemaakt-gereformeerde kerken en de verschillende soorten diensten is evenwel een rijke variatie aan liederen nodig.”

Deputaten hielden zich onder meer bezig met de „evangelische liederen”, onder andere uit Opwekking. „Vanwege hun criteria liepen ze daarbij tegen knelpunten aan. Deze knelpunten hebben te maken met de liturgische context van de gereformeerde eredienst en met voorwaarden van stijl en kwaliteit.” In het kader van zijn opdracht zag het deputaatschap geen kans deze knelpunten op te lossen. Het vraagt daarom aan de komende synode om de selectiecriteria zodanig te mogen formuleren dat deze ook bruikbaar zijn om liederen uit het „evangelische genre” te beoordelen. Wel stellen deputaten een aantal gezangen uit de Evangelische Liedbundel voor.

Aan „de behoefte aan meer eigentijdse kerkliederen” komt het deputaatschap tegemoet „door te selecteren uit Zingende Gezegend van André Troost, de serie Zingend Geloven, Gezangen voor Liturgie én uit liederen van de eigen kring.” Als voorbeelden noemen deputaten: ”Zoals een arm, vertroostend om mij heen”, ”De steppe zal bloeien” en ”Wees mijn brood en mijn beker” (Ria Borkent/Dirk Zwart).

Overeenkomstig de opdracht van de synode stellen deputaten zestig liederen uit het Liedboek voor. „In verband met de te maken keus hebben zij gekeken naar bekendheid, lijsten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en Nederlands Gereformeerde Kerken en naar de behoefte aan specifieke liederen voor liturgische momenten.”

Het liederenproject van de GKV is gestart op de synode van Berkel en Rodenrijs, in 1996. Op dit moment zijn 117 gezangen uit het Liedboek voor de Kerken in tweede lezing, dus definitief, vastgesteld. Terughoudendheid wordt aanbevolen met betrekking tot 134 andere gezangen uit dit Liedboek.

Hiernaast is, vorig jaar, de bundel Negentig Gezangen uitgegeven, die uit andere bronnen put. Deputaten constateren „dat inmiddels heel wat Liedboekliederen met vreugde en waardering in de GKv gezongen worden.”