„Maar zoekt het Koninkrijk Gods, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden.”

U hebt begeerte om rijk te worden? U wilt graag schatten en rijkdommen vergaderen? Welaan, dan wil ik u eens iets van een zeer aanzienlijke schat laten zien. En dan wens ik dat u daarnaar zo begerig wordt, dat u geen rust hebt voordat u die schat deelachtig bent geworden. De schat die ik u naar mijn vermogen wil tonen, is de schat van het volk des Heeren. Dat volk dan heeft een dierbare betrekking op de drie-enige God. Om deze dierbare betrekking der liefde enigszins voor ons verstand verstaanbaar te maken, vertoont Zich de Heere hier aan ons als de Vader van Zijn ellendig volk. Op een andere plaats verschijnt ons de Heere als de Bruidegom van Zijn volk, wanneer de Profeet zegt: Gelijk de bruidegom vrolijk is over de bruid, alzo zal uw God over u vrolijk zijn (Jesaja 62:5). Weer op een andere plaats komt de Heere ons voor als bezield met een tere liefde voor Zijn volk, wanneer Hij zegt: Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontfermt over de zoon van haar buik? Ofschoon deze vergaten, zo zal Ik toch u niet vergeten! (Jesaja 49:15). Al deze namen drukken de tere liefde en nauwe vriendschap uit die er bestaat tussen God en Zijn lievelingen. Welnu dan, vriend of vriendin, zou u zo’n vriend ook niet tot uw vriend willen hebben?

Wulfert Floor,
oefenaar in Driebergen

(”Al de eenvoudige oefeningen”, 1913)