Opinie

Straks durft oudere geschenk niet meer uit te pakken

”De derde levensfase: het geschenk van de eeuw” is de titel van een advies dat de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving vorig jaar uitbracht. Ouderen doen ertoe, is de rode draad. Maar er zijn bedreigingen, die in coronatijd toenemen.

Gerard J. Hazenkamp
15 January 2021 16:44
Ouderen zijn de schakel tussen het heden en het verleden. beeld iStock
Ouderen zijn de schakel tussen het heden en het verleden. beeld iStock

Achterstelling van ouderen is een probleem van vele tijden en plaatsen. De dichter van Psalm 71 leeft in eenzame en kommervolle omstandigheden als hij bidt om bewaring in de ouderdom. En was het niet de profeet Zacharia die een visioen kreeg over ouderen op de pleinen van Jeruzalem, die daarmee van hun achterstelling bevrijd zouden zijn? Daar is ook het oude sprookje van de houten nap, waarin twee echtelieden hun oude vader weer aan de tafel nodigen, als zij zien hoe hun zoontje een houten nap probeert te maken voor de tijd dat zijn ouders oud zijn geworden.

Ook in deze tijd is er achterstelling, die door de coronapandemie groter en pijnlijker lijkt te worden. „Beperkingen in bewegingsvrijheid zijn minder nodig als ouderen terugtreden en minder publiek aanwezig zijn” en „We accepteren een aantal doden in de groep ouderen om de jongeren meer ruimte te geven.” Uitspraken van VVD-prominent en emeritus hoogleraar Heleen Dupuis in een interview met NRC (5-12). En ook bij de discussie over het laatste bed op de intensive care komt de oudere leeftijd als criterium in beeld. Alsof er naast de medische diagnose niet ook een sociaalmaatschappelijke diagnose kan worden gesteld.

Bij jongeren voor wie ouderdom en dood als regel ver weg zijn, zal zo het beeld ontstaan dat ouderen er minder toe doen. Er dreigt polarisatie tussen de generaties. Het verwerpelijke ”Kajafasprincipe” over één Mens die moet sterven zodat het hele volk niet verloren gaat, mag in onze cultuur geen gemeengoed worden.

Ertoe doen

Begin vorig jaar verscheen er een opwekkend geschrift onder de titel ”De derde levensfase: het geschenk van de eeuw”, uitgebracht door de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. De raad laat hierin zien dat een goede voorbereiding op de derde levensfase (vanaf 67 jaar) en ook de vierde levensfase (vanaf circa 80 jaar) eraan bijdraagt om die fasen zoveel mogelijk naar eigen voorkeur in te richten.

Mensen die na de tweede levensfase (de maatschappelijke fase) de derde (helaas nog naamloze) levensfase ingaan, hebben volgens de Raad drie gemeenschappelijke waarden: het verlangen naar autonomie, het verlangen naar verbondenheid én de behoefte van betekenis te zijn, ertoe te doen. Die derde, indringende waarde raakt ten diepste het zelfrespect. Daaraan komt dit geschrift volop tegemoet met vele voorbeelden van betekenisvolle maatschappelijke en sociale bijdragen die mensen in de derde levensfase (kunnen) leveren.

Maar wie als geïndividualiseerde oudere met een soms verzwakt netwerk van verbondenheid in de context van de maatschappij van nu (met vergrijzing en haar gevolgen, lastige betaalbaarheid van pensioenen, stijgende zorgkosten, grote aantallen coronadoden onder ouderen en met geluiden vanuit het Kajafasprincipe) zichzelf de vraag stelt of zij of hij ertoe doet, zal mogelijk toch aarzelen bij het eigen antwoord. Die aarzeling werkt ontmoedigend en verzwakt de levensmoed. Dat is mede te voorkomen door het collectieve ”ertoe doen” uit de vergetelheid te halen en te plaatsen naast het individuele ”ertoe doen”. Zo versterken ze elkaar en krijgt het vrucht dragen tot in de ouderdom van Psalm 92 inhoud.

En als na de coronacrisis een krachtige dynamiek optreedt om de gekneusde maatschappij te herstellen en ook een euforie te verwachten valt op allerlei levensterreinen (zoals kunst, literatuur, religie, ethiek, politiek, sport en ontspanning), zijn ook ouderen nodig om de grenzen te bewaken. Naar aantal zijn ze aanwezig, maar ook met het besef van hun sociale betekenis?

Opstekers

Naast de zichtbare activiteiten van ouderen ten dienste van de maatschappij (consumenten, vrijwilligers, ambtsdragers, mantelzorgers, oppassers van kleinkinderen, hobbyisten, cursisten van opleidingen enzovoort) zijn ouderen ook dragers van verborgen maatschappelijke betekenissen. Die kunnen we onderscheiden in constante kenmerken en in gemaakte en nog te maken keuzes.

Dan gaat het bij constante kenmerken van ouderen onder meer om hun aanwezigheid, hun aardse eindigheid, hun energievermindering en hun leeftijd. Die kenmerken roepen bij jongeren activerende reacties op ten dienste van de maatschappij. Bij gemaakte en te maken keuzen door het overgrote deel van de ouderen gaat het om het overgedragen van een maatschappij die houdbaar en leefbaar is gebleken, om steun aan jongere generaties, om uitdaging van jongeren tot verandering, om voortbestaan, om rolmodellen voor harmonie, verbinding, grensbewaking en ten slotte om het schakel zijn tussen heden en verleden.

Die verborgen betekenissen zijn opstekers voor alle ouderen die zich nog weinig bewust zijn van hun collectieve betekenis. Maar ook voor jongeren die zich nog weinig ervan bewust zijn dat hun intrede in de maatschappij slechts mogelijk was en bleef door de inzet van ouderen. En ten slotte vooral voor degenen die binnenkort de derde levensfase ingaan en zich laten ontmoedigen door de opvatting dat zij er niet meer toe doen. Want dan wordt het geschenk niet uitgepakt.

De auteur is oud bondsvoorzitter van de Protestants Christelijke Ouderen Bond (PCOB).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer