CNV: kwart thuiswerkers wordt gevraagd naar kantoor te komen
Bij meer dan een kwart (27 procent) van de mensen die thuis kunnen werken, vraagt de werkgever toch naar kantoor te komen. 43 procent gaat sowieso nog steeds (gedeeltelijk) naar kantoor. Dat blijkt volgens de CNV uit onderzoek onder ruim 1200 thuiswerkende leden.
„Terwijl we met man en macht het virus proberen te bestrijden en de Britse coronavariant als een dreiging op ons afkomt, gaat een groot deel van de thuiswerkers nog steeds vaak naar kantoor. Thuiswerken is echter een quick-win om het virus te verslaan”, aldus CNV-voorzitter Piet Fortuin. „We roepen iedereen op om hierin verantwoordelijkheid te nemen: werkgevers en werknemers. Werk echt zoveel mogelijk thuis.”
Bij bijna de helft van de ondervraagden valt het thuiswerken in deze donkere januarimaand zwaarder dan in de lente en zomer. „Veel werkenden zitten er inmiddels flink doorheen. Thuiswerken is een stuk prettiger als de lentezon je zolderkamer verlicht”, zegt Fortuin.
Ongeveer 45 procent heeft geen goede werkplek thuis en bijna 40 procent heeft fysieke klachten (schouder, nek, arm) sinds het thuiswerken. Meer dan de helft (54 procent) krijgt thuiswerkkosten niet vergoed, reden voor de CNV thuiswerkmiddelen en de -vergoeding tijdens cao-onderhandelingen aan de orde te stellen.
Thuiswerkers met schoolgaande kinderen en/of kinderen op de opvang hebben het extra zwaar. 60 procent heeft weinig tijd voor zichzelf. Een kwart geeft aan dat de werkgever geen rekening houdt met dat er jonge kinderen thuis zijn. Een op de zes moet extra verlofdagen opnemen om voor de kinderen te kunnen zorgen. „Het CNV pleit daarom voor een calamiteitenfonds bij het kabinet. Van hieruit worden extra vrije dagen gefinancierd om ouders door deze periode heen te helpen. Politiek zijn de geesten rijp. We hopen dat dit fonds zo snel mogelijk van kracht gaat”, stelt Fortuin.