Ruis rond Spaans coronaregister opgelost
Terwijl de besmettingen nu weer razendsnel oplopen, eist de haperende vaccinatiecampagne in Spanje een groot deel van de aandacht op. Maar hoe zit het eigenlijk met het omstreden register van vaccinweigeraars?
De vaccinaties tegen Covid-19 zijn in Spanje traag op gang gekomen. Een week na de start van het inentingsprogramma op zondag 27 december hadden volgens minister Salvador Illa van Volksgezondheid 82.834 mensen de eerste prik van het vaccin van Pfizer gekregen.
Daarmee is slechts 23 procent toegediend van het aantal doses waarover het land begin deze week beschikte. Het kwam de centrale regering en de regio’s –die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het inentingsplan– op stevige kritiek te staan. De oorzaak van de vertraging zou liggen in een gebrek aan koelfaciliteiten, personeelstekort door de feestdagen en trage procedures bij het verkrijgen van toestemming van familie van mensen in de woon- en zorgcentra.
Minister Illa wuifde de kritiek weg en verzekerde dat de inentingscampagne goed van start is gegaan. Hij voorspelde dat het ritme van de inentingen spoedig „op kruissnelheid” zal komen. In maart moeten 2,5 miljoen mensen ingeënt zijn, om te beginnen de meest kwetsbare groepen en medisch personeel.
Critici denken dat deze doelstelling niet wordt gehaald. Maar misschien gloort er hoop en krijgt minister Illa alsnog gelijk. Zo verdubbelde Catalonië van dinsdag op woensdag het aantal inentingen binnen 24 uur.
Deining
Door de deining rond het inentingsprogramma en de snelle stijging van het aantal coronagevallen na de feestdagen is een andere kwestie ondergesneeuwd: het register van vaccinweigeraars dat het ministerie van Gezondheid wil opstellen. Het rapport over de vaccinatiestrategie van het ministerie van 18 december stelt uitdrukkelijk dat een Covid-19-vaccin alleen op vrijwillige basis wordt verstrekt. Maar tegelijk is het „belangrijk om de gevallen van weigering te registreren”, aldus het rapport. Het doel is om kennis in het vaccinatieregister te verzamelen over „mogelijke redenen van weerstand onder verschillende bevolkingsgroepen.”
Het rapport liet belangrijke vragen open over de bescherming van de privacy. De belangrijkste: zal het vaccinatieregister de namen bevatten van de weigeraars? „De registratie van weigeraars kan ons helpen bij de analyse van de redenen voor weigering”, zei staatssecretaris Silvia Calzon van Volksgezondheid kort na de publicatie van het rapport.
Met deze kennis zou de overheid gerichte voorlichtingscampagnes kunnen ontwerpen om te wijzen op het belang van inenten. De staatssecretaris liet echter in het midden of het vaccinatieregister anoniem zou zijn of niet.
Een week later sprak minister Illa in een tv-interview over het register van vaccinweigeraars. „Het is geen document om openbaar te maken”, zei hij. Maar de informatie zou wél gedeeld worden met Europese partners. „Het is een register van degenen die opgeroepen zijn voor een prik en die deze hebben geweigerd, net zoals we dat doen bij andere behandelingen”, aldus de minister.
Illa herinnerde er nog eens aan dat de prik vrijwillig is en dat het register met de „maximale eerbied voor de bescherming van persoonlijke gegevens” wordt opgesteld. Kort daarop verduidelijkte een woordvoerder van het ministerie dat niet het register van weigeraars op zich wordt gedeeld met andere Europese landen, maar alleen „bepaalde informatie” daaruit.
Apart
Het Spaanse agentschap voor medicijnen, belast met het toezicht op de inentingscampagne, nuanceerde de kwestie deze week opnieuw in een interview met een Spaanse krant. „Er komt geen apart register van niet-ingeënte personen”, zei directeur Maria Jesus Lamas van dit agentschap dat onder het ministerie van Volksgezondheid valt.
„In het vaccinatieregister zullen de weigeraars worden opgenomen en de reden waarom ze geen prik willen – tenminste van degenen die wél gehoor geven aan de oproep om op te komen dagen. We willen weten wat de belemmeringen zijn voor een effectieve vaccinatie. De informatie wordt anoniem gemaakt. Het zal onmogelijk zijn om te weten wie geen gehoor geeft aan de oproep of waarom.”
Het aantal Spanjaarden dat zich zo vlug mogelijk wil laten inenten neemt snel toe: van 32 procent in november tot 40 in december.