Kerk & religie

Banvloek Luther opnieuw ter discussie

Hef de banvloek op die de paus in 1521 over Luther uitsprak. Met die oproep kwam een groep rooms-katholieke en protestantse theologen deze week, precies 500 jaar na de excommunicatie van de Duitse kerkhervormer. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan.

Maarten Stolk en Klaas van der Zwaag
9 January 2021 15:18
De Sint-Pieter in Rome tijdens een mis vorige week. beeld EPA/Alessandra Tarantino/Pool
De Sint-Pieter in Rome tijdens een mis vorige week. beeld EPA/Alessandra Tarantino/Pool

Waarom spreekt de kerk van Rome een banvloek uit over Luther?

De paus vaardigt de bul ”Decet Romanum Pontificem” (”Het behaagt de paus van Rome”) uit om 41 „ketterijen” van Luther over onder meer doop, erfzonde, boete, mis, aflaat, vagevuur en goede werken te veroordelen. Deze bul staat ook bekend als ”Exsurge Domine” (”Sta op, Heer”). Dat zijn de eerste woorden uit Psalm 10:12, waarin God wordt opgeroepen op te treden tegen de vijanden die Zijn kerk bedreigen en verwoesten. De bul houdt een vervloeking (”anathema”) en „eeuwige veroordeling” van Luthers leer in.

Hoe reageert Luther op de pauselijke bul?

De paus geeft Luther zestig dagen de tijd om te stoppen met preken en schrijven, zijn geschriften te verbranden en zijn dwalingen te herroepen. Die legt het bevel echter naast zich neer. Luther publiceert het boekje ”Wider die Bulle des Endchrists” (”Tegen de bul van de antichrist”), waarin hij schrijft: „Zoals zij mij excommuniceren vanuit hun goddeloze ketterij, zo excommuniceer ik ze op mijn beurt omwille van de heilige waarheid Gods.”

Een groep theologen roept nu op om de excommunicatie van Luther op te heffen. Wat vindt het Vaticaan daarvan?

De paus heeft nog niet gereageerd en het is nog maar de vraag of hij dat ook gaat doen. Het is volgens het rooms-katholiek kerkrecht helemaal niet mogelijk om een banvloek op te heffen. De ban en excommunicatie van Luther zijn formeel opgeheven op het moment dat hij in 1546 sterft.

Er is toch al eens eerder gevraagd om die ban ongeldig te verklaren?

Om de paar jaar wordt de discussie over de excommunicatie van Luther en zijn volgelingen weer nieuw leven ingeblazen. In Nederland gebeurt dat bijvoorbeeld in 2014, na uitspraken van kardinaal Wim Eijk in het Reformatorisch Dagblad over de blijvende geldigheid van de vervloekingen van het concilie van Trente. „De vervloeking of ban betekent in feite dat je buitengesloten bent van het ontvangen van de sacramenten, en dat geldt in die zin nog steeds.”

De roep om rehabilitatie van Luther klinkt ook rond het bezoek van paus Benedictus XVI aan het Duitse Erfurt in 2011 en bij de herdenking van 500 jaar Reformatie in 2017.

Kan de paus Luther dan niet rehabiliteren?

Dat kan formeel wél, maar Rome kiest voor revalueren: het herwaarderen van Luther. Die herwaardering is al een tijdje aan de gang. De Rooms-Katholieke Kerk erkent dat Luther een groot theoloog was en dat de liefde van Christus hem dreef.

Paus Franciscus laat zich bijvoorbeeld in november 2016 tijdens de Reformatieherdenking in het Zweedse Lund opvallend positief over Luther uit. Hij noemt de vraag „Hoe kan ik met God worden verzoend?” beslissend voor het leven van mensen. „De geestelijke ervaring van Maarten Luther daagt ons uit tot de bezinning dat we zonder God niets kunnen doen.”

Rome en Wittenberg nemen kleine stappen op de weg naar meer eenheid en samenwerking, met de gezamenlijke verklaring over de rechtvaardiging in 1999 als belangrijkste mijlpaal. Toch zijn er nog grote theologische verschillen tussen rooms-katholieken en protestanten, bijvoorbeeld in de visie op de kerk, het ambt van de paus, de sacramenten en de verlossingsleer. Ook met eerherstel van Luther zijn die nog niet zomaar weggepoetst.

Oecumenisch gebed

Perswoordvoerder van de LWF, ds. Árni Daníelsson, meldt desgevraagd dat de LWF en PCPCU een oecumenisch gebed in Rome op 24 juni voorbereiden. „Die datum is aan de vooravond van de herdenkingsdag van de Augsburgse Confessie, die in 1530 werd gepresenteerd. Het komende decennium, vanaf de herdenking van de excommunicatie van Luther tot het 500-jarig bestaan van de Augsburgse Confessie in 2030, staat in het teken van de opdracht om niet een verschillende geschiedenis te vertellen, maar om die geschiedenis verschillend te vertellen.”

Wie de excommunicatie van Luther (1521) wil opheffen, moet dat eigenlijk nu doen, 500 jaar na dato, vindt dr. Margriet Gosker, Nederlands vertegenwoordiger van de Altenberger Ökumenischer Gesprächskreis. „Het zou een mooi oecumenisch gebaar zijn nu de Rooms-Katholieke Kerk en de kerken van de Reformatie elkaar steeds meer gevonden hebben. Het zou goed zijn als in dit bijzondere jaar de veroordelingen van beide kanten officieel worden teruggenomen. Altenberg wil het liefst dat alles officieel in het vergeetboek gaat.”

Dr. Andreas Wöhle, president van de evangelisch-lutherse synode in de Protestantse Kerk in Nederland, zegt „minder gespannen” met deze excommunicatie om te gaan dan de Altenberger Kreis. „Als je op dat ene punt blijft hameren, dan erken je het kerkjuridisch gezag van de paus dat we juist in de Reformatie hebben verworpen. Bovendien doet het ook geen recht aan al het positieve dat we in relatie tot de Rooms-Katholieke Kerk hebben bereikt. Dat geldt ook voor de aanduiding antichrist. Dat zeggen we nu niet meer over Rome, noch zal Rome zich zo over Luther uitlaten zoals zij dat deed in de zestiende eeuw. Beide kerken hebben in 1999 uitdrukkelijk uitgesproken dat ze het met elkaar eens zijn in de basiswaarden van de rechtvaardiging. Daarmee zijn alle andere zaken toch echt peanuts.”

Zorgvuldig

Dr. Berhard Kaiser, rector van het Institut für Reformatorische Theologie in het Duitse Reiskirchen, stelt dat dr. Hans-Georg Link en de Altenberger Ökumenischer Gesprächskreis „zorgvuldig” hebben aangetoond dat het conflict in 1520/1521 in wezen ging over de aanspraken op de macht van het pausdom. „Luther daagde het gezag van het pausdom uit en stelde daartegenover het gezag van de Schrift en van Christus. Omdat het Bijbels-theologische motieven waren die Luther tot verzet hebben geleid, zou de Gesprächskreis een grondige theologische discussie moeten voeren, die ook ingaat op de kwesties van mensbeeld, kerk en sacramenten. Alleen zo zal een geloofwaardige oecumene kunnen worden bereikt.”

Vader van het geloof

Dat gebeurde ook in de jaren zeventig, toen kardinaal Jo Willebrands Maarten Luther „de vader van het geloof” noemde, stelt Karim Schelkens, die eind vorig jaar een biografie over deze ‘oecumenekardinaal’ publiceerde. „Diens toespraak voor de Lutherse Wereldfederatie in Evian in 1970 was cruciaal voor een vernieuwing van het Lutherbeeld. Dat wetenschappelijke werk is inmiddels gebeurd, en het feit dat de Nederlandse kardinaal destijds een titel voor Thomas van Aquino op Luther toepaste, was inderdaad een belangrijke stap. Mocht de Rooms-Katholieke Kerk er nu toe overgaan daarop voort te bouwen, dan lijkt me dat een mooie stap. Misschien moet vandaag gestreefd worden naar een herwaardering van het document van paus Adrianus VI voor de Rijksdag van november 1522, dat destijds al een erkenning bevatte van de fouten van Rome, en het feit dat de misstanden uit de kerktop kwamen.”

De Duitse kardinaal Walter Kasper constateerde in een recente studie over Luther dat die voor veel rooms-katholieken „bijna een gemeenschappelijke kerkvader” is geworden, al blijven er nog wel de controversiële vragen rond kerk en ambt.

Drs. T. H. M. Sip, de Nederlandse bisschoppelijk gedelegeerde voor oecumene, noemde het in 2017 –bij de herdenking van 500 jaar Reformatie– opmerkelijk hoe groot aan rooms-katholieke zijde de interesse in Luther is.

Prof. dr. Sabine Hiebsch, onderzoeker van Luther en het lutheranisme, zegt desgevraagd dat een aantal rooms-katholieke wetenschappers een belangrijke bijdrage aan het internationale Lutheronderzoek heeft geleverd. „Ik denk aan Jos Vercruysse, Jared Wicks, Peter Manns, Hubertus Blaumeiser en Theo Bell. Van hun onderzoek en van de gesprekken met hen heb ik veel geleerd.”

Breuk

Prof. dr. Paul van Geest, hoogleraar kerkgeschiedenis in Tilburg en Leuven, wijst vooral op de wapenfeiten van de laatste drie pausen. „In 1999 eerde Johannes Paulus II Luther door diens visie op Gods genade als interessant en relevant te onderkennen en de verklaring van Augsburg te ondertekenen, die ook door protestanten werd ondertekend. Hij noemde dit zelf een mijlpaal op de weg van de oecumene. In 2011 stelde Benedictus XVI in Erfurt dat de Duitse hervormer een integere en eerlijke Godzoeker was. Paus Franciscus reisde in 2016 naar het Zweede Lund om de herdenking van 500 jaar Reformatie te openen.”

De pausen bewandelen daarmee een constructieve weg, aldus prof. Van Geest. „Daar zou nog een te bewandelen weg aan toe te voegen zijn: de weg waarop duidelijk wordt hoe het karakter van de toenmalige paus, Leo X, tot een breuk leidde. Die luidde de Reformatie in, maar was niet door Luther gezocht. De hand in eigen boezem steken kan helend zijn: de weg van ”nostra culpa”.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer