Kabinet houdt vast aan integrale verbouwing Binnenhof
Het kabinet houdt eraan vast om het Binnenhof in een keer helemaal te verbouwen. Gefaseerd renoveren waarbij de Tweede Kamer niet zou verhuizen kost veel meer tijd en geld, aldus staatssecretaris Raymond Knops (Binnenlandse Zaken).
Het bestuur van de Tweede Kamer onder leiding van voorzitter Khadija Arib en het Rijksvastgoedbedrijf, dat de verbouwing uitvoert namens Knops, staan sinds de zomer tegenover elkaar. Arib vindt niet dat de Kamer zich moet laten opjagen. Volgens haar kan het project wel gefaseerd, het Rijksvastgoedbedrijf houdt vast aan het oorspronkelijke plan om het complex in een keer te verbouwen.
Uit een onderzoek van BBC Bouwmanagement in opdracht van Tweede Kamer kwam vorige maand naar voren dat stap voor stap verbouwen 90 miljoen euro goedkoper is dan alles in een keer aan te pakken. Een ander rapport (ook op verzoek van de Kamer) geeft echter aan dat de verbouwing op die manier 36 procent duurder zal uitpakken en waarschijnlijk twaalf jaar zal duren.
Volgens Knops is in het onderzoek van BBC Bouwmanagement niet met alle aspecten rekening gehouden. Dat onderzoek richt zich namelijk primair op een gefaseerde renovatie van alleen het gebouw van de Tweede Kamer. De gevolgen voor de andere drie gebruikers van het Binnenhof (Eerste Kamer, Raad van State en Ministerie van Algemene Zaken) zijn niet meegenomen in het onderzoek. Ook zouden de tot dusver gemaakte kosten voor tijdelijke huisvesting niet zijn meegenomen.
„Dit alles overziende ziet het kabinet dan ook geen aanleiding om de politieke opdracht van 2016 te herzien”, schrijft Knops. Destijds is afgesproken dat de verbouwing in een keer zou plaatsvinden voor een bedrag van 475 miljoen over een periode van 5,5 jaar. Het oude ministerie van Buitenlandse Zaken is voor 160 miljoen verbouwd om tijdelijk onderdak te bieden aan de Tweede Kamer.
Volgende week donderdag debatteert de Tweede Kamer over de renovatie.