Buitenland

Palestijnen aan de radio gekluisterd

De Palestijnen zijn door vier jaar strijd, armoede en wetteloosheid uitgeput en het nieuws over Yasser Arafat heeft geen stormloop teweeggebracht. Maar overal op de Westoever, in de Gazastrook en daarbuiten wachten Palestijnen met angst in het hart op nadere berichtgeving over Arafats toestand.

AP
29 October 2004 11:41Gewijzigd op 14 November 2020 01:49

Woensdagavond ging het ineens bergafwaarts met de gezondheid van de Palestijnse leider. Hij braakte zijn avondeten uit, raakte buiten bewustzijn en kwam pas na tien minuten weer bij.

„Ik ben de hele nacht opgebleven om nieuws over de gezondheid van de president te horen”, zegt Imad Samara, een 38-jarige leraar uit Gaza-stad. „Ik bid tot Allah dat hij het haalt, omdat we hem nodig hebben. Hij is de veiligheidsklep voor alles hier, hij is de vader van alle Palestijnen.”

Sausan Shahin, een 24-jarige studente rechten aan de Abu Dis-universiteit bij Jeruzalem, denkt dat de hele Palestijnse natie in een orgie van geweld ten onder zal gaan als Arafat overlijdt. „Iedereen houdt van hem en als hij wegvalt krijgen we een burgeroorlog die ons zal verwoesten”, zegt zij. „Sommige mensen zullen zich niet weten te gedragen en iedereen zal om de macht gaan vechten.” Terwijl zij spreekt rijdt een glimmende auto voorbij met daarin Mohammed Dahlan, de sterke man van Gaza. „Zie je dat? Die donkere kogelvrije ruiten?” zegt zij met verachting in haar stem. „Zij zijn niet blij met ons en ze kunnen ons niet leiden.”

Elders op de Westoever, in Nablus, zegt de 28-jarige Nadar Abdel Hadi dat hij niets gelooft van de rooskleurige Palestijnse berichten over Arafats gezondheid. Palestijnse kranten die in een kiosk in de buurt liggen proberen de opwinding te sussen. Al Ayyam noemt Arafats gezondheidstoestand stabiel en volgens Al Hayyat Al Jadida gaat het goed met de president en heeft hij „alleen rust nodig.”

„Ik geloof het pas als de tv-camera’s zijn kamer binnengaan en laten zien hoe het er echt met hem voorstaat”, zegt Hadi. Onze mensen hebben nooit wat geweten, niet over Arafats gezondheid en niet over zijn beslissingen.”

Ook Palestijnen in de Arabische landen luisterden donderdag voortdurend naar radio en tv om nieuws op te vangen over Arafat, het symbool van hun strijd voor een eigen land en voor velen de enige leider die zij ooit gekend hebben.

In het kamp Ein el-Hilweh in Libanon, waar zeker 65.000 Palestijnen wonen, zijn nieuwe portretten van Arafat op de muren geschilderd. Bewoners zeggen de nacht te hebben doorgebracht met bidden of zappen langs de verschillende tv-kanalen.

„Ik kon niet in slaap komen tot ik op de televisie hoorde dat Arafat zijn ochtendgebeden had uitgevoerd”, zegt Umm Hassan Shaker, een 50-jarige huisvrouw.

In Libanon wonen in totaal zo’n 350.000 Palestijnen en behalve Ein el-Hilweh zijn er nog elf vluchtelingenkampen. De terugkeer van vluchtelingen is een van de breekpunten bij Palestijns-Israëlische vredesonderhandelingen.

„Als Arafat overlijdt -wat Allah verhoede- staat de Palestijnen in Libanon een nieuwe ”nakba” te wachten”, zegt Hussein Mohammed, verwijzend naar de ramp die de Palestijnen overkwam toen in 1948 de Israëlische staat werd gesticht en zij moesten vluchten. De 35-jarige Mohammed is persfunctionaris van Arafats Fatah-organisatie in Ein el-Hilweh.

Een andere Fatah-functionaris, Khaled Aref, zegt dat het pijnlijkste voor de Palestijnen is dat Arabische leiders al de tijd dat Arafat in zijn hoofdkwartier werd belegerd geen vinger hebben uitgestoken. „En nu rest ons niets dan tot Allah te bidden om onze leider, ons symbool, te genezen en te hopen dat hij antwoord geeft.”

In het vluchtelingenkamp Yarmouk in Syrië is er naast bezorgdheid kritiek op Arafat. „Wat heeft Arafat voor ons gedaan?” vraagt Mahmoud al-Shaaer, een 58-jarige fotograaf. „Wat heeft hij ons geboden in de zin van vrede en bevrijding van Palestina? In plaats daarvan is het van kwaad tot erger geworden.”

De 30-jarige Mahmoud Abu Dagher, een verkoper van gegrilde kip, is het met hem eens, maar zegt Arafat het beste te wensen omdat hij een symbool van het Palestijnse volk is. Mohammed Azzam luistert in zijn winkel naar de radiobulletins. „Abu Ammar (de strijdnaam van Arafat, red.) is ons symbool, onze president”, zegt hij. „We vragen Allah zijn leven te verlengen opdat we op een dag naar ons land kunnen terugkeren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer