„Opleidingsniveau Amsterdam is laag”
Het opleidingsniveau van Amsterdammers zit slechts op 50 procent van dat van Londenaren.
Er is een „ongelooflijke inhaalslag” nodig om dat gat te dichten, zei de Amsterdamse wethouder A. Aboutaleb (werk en inkomen, educatie en jeugd) donderdag tijdens een inspraakbijeenkomst over het Sociaal Structuurplan 2004-2015 van de hoofdstad.
Doel van dat plan is aan te geven wat er de komende jaren moet gebeuren op de gebieden Amsterdam als kennisstad, werk, cultuur, zorg, sport en veiligheid. „We kunnen de aanleg van de Noord/Zuidlijn van de A5 langs Schiphol plannen, maar we zijn zwak in het plannen van ’menselijk kapitaal’”, zei de wethouder. „De infrastructuur van Amsterdam zal alleen renderen als we dat laatste ook onder de knie krijgen. Pas dan kunnen we de welvaart omhoog jagen.”
Volgens de Kenniseconomie Monitor 2003, waarin Nederland vergeleken wordt met de omringende landen, is ons land „de verbleekte kampioen.” Het land is de afgelopen veertig jaar teruggezakt van een koppositie naar een plek in of onder de middenmoot. Nederland moet zijn innovatieve kracht ontwikkelen om terug te kunnen keren op een hoog niveau.
Voorwaarden voor Amsterdam als kennisstad zijn de ontwikkeling van het onderwijs in de regio, verbetering van de relatie van het onderwijs met het bedrijfsleven, versterking van het culturele en maatschappelijke klimaat van de stad en voldoende ruimte voor bedrijven en kenniswerkers om zich in Amsterdam te vestigen, aldus het structuurplan. Daarbij moeten overheid, maatschappelijke instellingen en het bedrijfsleven hun krachten bundelen.
Het gat tussen onderwijs en arbeidsmarkt zal nooit geheel worden gedicht, zei Aboutaleb. „Wel moeten we ernaar streven dat gat zo klein mogelijk te maken.” Het bedrijfsleven moet volgens hem meer in het onderwijs worden geïntegreerd. Die samenwerking is ooit afgeschaft. Daarmee is het kind met het badwater weggegooid, aldus de wethouder.