Oudejaarsgedachten
Deuteronomium 8:2a
„En gij zult gedenken aan al de weg die u de Heere uw God deze veertig jaar in de woestijn geleid heeft.”
Ik wens dat wij veel de daden des Heeren mogen gedenken, en dat wij allen die dit horen of lezen, hart en hand aan de Heere mogen geven. Wat een zoete en zalige oudejaarsavond zouden wij dan hebben! Al is het dan dat de wereld hier altijd een woestijn zal blijven, dan toch zouden wij eenmaal samen heenreizen naar die plaats waar wij samen volkomen zouden gedenken heel de weg die de Heere ons geleid heeft, deze veertig, vijftig of meer of minder jaren, en waar God alle tranen van onze ogen zal afwissen, en waar de dood niet meer zijn zal, noch moeite, noch rouw, en waar alle inwoners volle verzadiging zullen genieten, tot in alle eeuwigheid. Mocht elk van ons toch eerst en vooral zorg en behoefte krijgen om Christus deelachtig te worden! Die Hem heeft die heeft alles, maar die Hem mist, die mist ook alles. Ik bid u, legt u dat in deze laatste avond van dit jaar aan Zijn voeten neer en smeekt om de reinigende en heiligende kracht van Zijn dierbaar bloed en Geest. Zo doende zou ons dit jaar een zalig kwitantiejaar van de verzoening van onze zonden zijn, en wij zouden verder onze weg reizen door deze woestijn (al was het niet zonder gebrek) met Jezus in het hart, met de aarde onder de voeten en met het beste vaderland in het oog!
Wulfert Floor, oefenaar in Driebergen
(”Al de eenvoudige oefeningen”, 1913)