Koning Harald staat voor dertigjarig regeringsjubileum
De Noorse koning Harald zal donderdagavond in zijn traditionele nieuwjaarstoespraak liever vooruitblikken naar 2021 dan terugkijken. Dat heeft hem namelijk weinig voldoening gebracht en tevens de kwetsbaarheid van de Noorse vorst aan het licht gebracht.
Koning Harald (83) markeert op 17 januari 2021 dertig jaar op de Noorse troon. In vergelijking met de regeringstijd van zijn twee voorgangers is dat nog niet zo bijzonder. Haralds vader koning Olav V regeerde 33 jaar (1957-1991) en diens vader Haakon VII bijna 52 jaar (1905-1957). Harald heeft bij verschillende gelegenheden duidelijk gemaakt niet van zins te zijn met pensioen te gaan, zoals bijvoorbeeld in Nederland en België zijn bijna even oude collega’s Beatrix (82) en Albert (86) wel hebben gedaan.
Het coronavirus heeft de Noorse koning in zijn handelen beperkt. Hij behoorde met echtgenote Sonja (83) tot de risicogroep en moest daarom bijna het hele jaar binnenblijven. Hij moest zelfs tweemaal in quarantaine. Eerst in maart na een staatsbezoek aan Jordanië en daarna in november omdat een medewerker positief testte voor het virus. Daarnaast moest de koning een aantal malen met ziekteverlof: eind september en begin oktober nog om een hartklep te laten vervangen. Hij miste daardoor voor het eerst sinds zijn troonsbestijging de opening van het parlement.
De koninklijke taken kwamen voor een belangrijk deel te rusten op de schouders van kroonprins Haakon (47). Hij was niet alleen regent tijdens het verlof van zijn vader, maar ook degene die via videobellen en digitale bijeenkomsten zorgde dat het paleis het contact met de samenleving niet verloor. Harald pakte liever de gewone telefoon, ook toen hij vanuit isolatie de staatsraad leidde. Voor sommige Noren was dat een teken dat Harald niet meer op alle gebieden met zijn tijd meegaat.