De omzet van de onderneming kwam uit op 89,4 miljard dollar (69,7 miljard euro). Dat is een stijging van 35 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder.

Het goede resultaat is vooral te danken aan de hoge olieprijs. Het resultaat weerspiegelt de goede marges en de hoge bezettingsgraad bij het bedrijfsonderdeel Olieproductie en Chemie, aldus de onderneming in een schriftelijke verklaring.

Bij het onderdeel Exploratie en Productie kwam het resultaat uit op 2,4 miljard dollar (1,97 miljard euro). Shell moest bij het onderdeel een last nemen van 183 miljoen euro in verband met de afwaardering van langdurige contracten in Groot-Brittannië.

De productie van de onderneming was in het afgelopen kwartaal vrijwel onveranderd. Het bedrijf produceerde omgerekend 3,6 miljoen olievaten (159 liter) per dag. Het concern denkt dat het totaalaantal voor het hele jaar uitkomt op 3,7 miljoen tot 3,8 miljoen per dag.

Shell kreeg te maken met de orkanen in de Golf van Mexico. De productie op sommige locaties kwam stil te liggen en enkele platforms raakten beschadigd.

Het resultaat bij Olieproducten kwam uit op 1,55 miljard dollar tegen 880 miljoen in het derde kwartaal van vorig jaar. De stijging van het resultaat weerspiegelt volgens Shell de wereldwijd hogere raffinagemarges. Een deel daarvan werd echter teniet gedaan door lagere verkoopresultaten in voornamelijk de Verenigde Staten, waar het concern te maken kreeg met slechtere marktomstandigheden.

Bij het onderdeel Chemie zag Shell het resultaat stijgen van 30 miljoen dollar naar 577 miljoen dollar. Volgens de onderneming had dit te maken met volumegroei, hogere winstmarges en een verbeterd activiteitenniveau.

Vanmorgen werd ook bekend dat de Koninklijke/Shell Groep mogelijk nog eens 900 miljoen vaten olie moet afwaarderen. Volgens de Brits-Nederlandse multinational komt hierover begin volgend jaar een definitief besluit.

Volgens Shell tonen de onderzoeken uit het veld en van verschillende experts aan dat de eerdere reducties waarschijnlijk passend zijn. Toch houdt het concern een slag om de arm, omdat timing en omvang van de aanpassingen continu opnieuw worden bekeken. Er zijn verschillende partijen die zich hier mee bezighouden.

Shell moest begin dit jaar de bewezen olie- en gasvoorraden met 20 procent (3,9 miljard vaten) afwaarderen. De affaire kostte topman sir Philip Watts zijn baan. Hij werd opgevolgd door Jeroen van der Veer. Niet alleen Watts stapte op, ook financieel bestuurder Judy Boynton en Walter van de Vijver moesten weg. Van de Vijver was als directeur van de exploratie- en productiedivisie verantwoordelijk voor de bepaling van de reserves.

De Koninklijke/Shell Groep maakte vanmorgen verder bekend dat hij af wil van zijn duale bestuur. Het concern wil in de toekomst verder als één bedrijf met één bestuur. Het betekent dat de Koninklijke/Shell Groep en Shell Transport and Trading Company onder een moedermaatschappij terechtkomen.

Het bedrijf kent, als de aandeelhouders instemmen, straks een bestuur, een beursgenoteerde vennootschap, een bestuursvoorzitter en een voorzitter van de raad van commissarissen. Om dit te bereiken komt er een openbaar bod op alle aandelen. De aandeelhouders van Koninklijke/Shell Groep krijgen 60 procent van het nieuwe bedrijf aangeboden. De overige 40 procent gaat naar de aandeelhouders van de Shell Transport and Trading Company.

De nieuwe moedermaatschappij wordt in Groot-Brittannië opgericht, maar krijgt het hoofdkantoor in Nederland.