‘Minder gemeenten verhogen prijzen voor grond’
Gemeenten verhogen de grondprijzen door de coronacrisis beperkter dan in andere jaren. Met name de grond waar woningen op gebouwd worden stijgt veel minder hard in prijs dan voorheen. Dat meldt ruimtelijk-economisch adviesbureau Stec Groep in een jaarlijks onderzoek naar gemeentelijke grondprijzen. „Kennelijk kiest een groot deel van de gemeenten in de huidige tijd voor matiging”, schrijven de onderzoekers.
De helft van de gemeenten gaan de prijzen verhogen. Dat is iets minder dan vorig jaar. De verwachte prijsstijging voor woninggrond ligt op maximaal 2,5 procent. Zo’n 17 procent van de gemeenten verwacht een stijging hierboven. Vorig jaar berekende nog 28 procent een hogere prijs.
De verwachte stijging is ook flink lager dan de gemiddelde prijsstijging van nieuwbouwhuizen, constateren de onderzoekers. Die ligt momenteel 9 procent hoger dan een jaar geleden, meldde de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) eerder. Daarbij zijn de bouwkosten bijna niet gestegen. Die halen gemeenten vaak van de verwachte verkoopprijs van huizen af om de grondprijs te bepalen.
Ruim twee derde van de gemeenten houdt verder rekening met de effecten van de coronacrisis, maar bij het merendeel van de gemeenten heeft de virusuitbraak geen invloed op de aankoop van grond of de waarde van grond voor woningen en kantoren. Bijna een kwart van de gemeenten heeft een actief grondbeleid, ruim een derde voert beleid op een deel van de woningbouwprojecten.
Zes op de tien gemeenten hebben de afgelopen twee jaar grond gekocht. Van de gemeenten die geen grond kochten wil de helft dit de komende twee jaar wel doen. Wel is grond kopen op het hoogtepunt van de markt risicovol, aldus de onderzoekers.