Verdachte herinnert zich niets van fatale ruzie in De Veste
De 57-jarige Bernard V. zegt zich niets meer te herinneren van de fatale ruzie in opvanglocatie De Veste van de maatschappelijke organisatie HVO-Querido in Amsterdam. In mei kwam daarbij Jan van de Bos (61) om het leven, een medebewoner van de woonvoorziening voor beschermd wonen aan de Poeldijkstraat in Nieuw-West. De officier van justitie eist een gevangenisstraf van 5 jaar en tbs met voorwaarden.
„We hebben een biertje gedronken met mijn drinkmaatjes, zoals altijd. Er was niets aan de hand, het was gewoon gezellig. Ik weet niet meer hoe we ruzie hebben gekregen en hoe het geëxplodeerd is”, vertelde V. donderdag in de rechtbank in Amsterdam, waar hij terechtstaat voor doodslag. „Normaal gesproken vecht ik nooit. Ik zou nooit een vechtpartij uitlokken.”
V. was tijdens de ruzie onder invloed van alcohol. De alcoholist dronk in de opvanglocatie dagelijks bier met een hoog alcoholpercentage. „Van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat. Ik heb mezelf echt verloren in de drank”, zei V. Hij betuigt veel spijt van de fatale mishandeling. „Kon ik het maar terugdraaien. Wat ik gedaan heb is verschrikkelijk”, zei hij tegen de nabestaanden.
Het slachtoffer overleed op vrijdag 1 mei in het ziekenhuis aan de gevolgen van zware mishandeling in de nacht. Hij had ernstig hersenletsel, gebroken ribben en een gebroken kaak. Van de Bos woonde al acht jaar in De Veste. Hij was een graag geziene figuur in de omgeving. Zo prikte hij afval op het nabijgelegen Delflandplein en maakte hij graag een praatje. „De buurt was op hem gesteld”, vertelden nabestaanden tijdens de zitting. „Jan deed geen vlieg kwaad, vermeed de confrontaties liever.”
De officier van justitie noemde het een uit de hand gelopen ruzie met desastreuze gevolgen. Volgens het OM is de man verminderd toerekeningsvatbaar. „Het is noodzakelijk dat hij langdurig en intensief behandeld wordt. Doodslag is een van de zwaarste delicten. Daar kan alleen een langdurige gevangenisstraf tegenover staan”, zei de officier.
De strafeis van 5 jaar celstraf is wettelijk het maximale dat het OM kan eisen in combinatie met tbs met voorwaarden. Bij V. zijn de voorwaarden onder meer dat hij zich na de detentie moeten laten behandelen in een kliniek en dat hij zich moet onthouden van het gebruik van alcohol.